41
aanzienlijk grooter zijn. Thans gingen verscheidene personen,
daar hun tijd en lust tot wachten ontbrak, weder weg.
Nu in 1922 de opbouwkosten vervallen, zal het tekort in
het komende exploitatie-jaar zeer gering zijn en waar het
badhuis thans bekend is, zal het aantal baden vermoedelijk
nog grooter worden.
De inkomsten bedroegen over het eerste exploitatie-jaar f 725,60,
terwijl de uitgaven f 1768,54 lk beliepen, zoodat er een nadeelig
saldo is van f 1042,94 >/2
Aan het jaarverslag van de Vereeniging tot Bescherming van Zui
gelingen voor Breda en Omstreken ontleenen wij het volgende
Hoe meer het werk onzer Vereeniging zich uitbreidt, des te
meer blijkt het, hoeveel er nog is te doen om de zuigelingen-
sterfte in Breda en omstreken tot het onvermijdelijke te be-
perken. Maar hoe gaarne onze Vereeniging hare werkzaamheden
ook zou uitbreiden, de financiën stellen altijd een grens. Het is
vooral de onzekerheid der inkomsten, waardoor dikwijls nood-
zakelijk werk moet worden uitgesteld. De eenige vaste inkomsten
zijn de contributies der leden en donateurs. In 1921 bedroegen
de contributies f 591,05, terwijl f 3400,werd uitgegeven. Het
blijft dan ook de grootste zorg baren, inkomsten en uitgaven in
evenwicht te houden. Wel ontving de Vereeniging dit jaar weer
subsidie van de gemeente Breda (f 476,63) en van twee der
omliggende gemeenten, n 1. van Princenhage f 25,en van
Teteringen f 25,(Ginneken weigerde eenige subsidie), maar
nog steeds moeten bijzondere giften en bijdragen de uitgaven
dekken. Dank zij de opbrengst van een fancy-fair (f 1085,
van een uitvoering van Rood-Wit (f 200,—), van een col-
lecte bij den voetbalwedstrijd N.A.C.—Velocitas (f 102,50) en
van enkele giften (o.a. een van f 200,—) is het mogelijk geweest,
het nadeelig saldo tot f 300,te beperken. De vaste inkomsten,
n.l. de contributies en de subsidies der gemeenten, zullen echter
grooter moeten worden, indien onze Vereeniging in staat wil
blijven, haar werk voort te zetten. Het aantal leden en donateurs
is nog veel te gering.
Van de Nederlandsche Na'aiwerk-vereeniging werd een wel-
kome zending kindergoed ontvangen.
Ongeveer 500 gezinnen werden door de huisbezoeksters be-
zocht. De dames bezoeken de gezonde zuigelingen en geven
wenken, welke moeten dienen om ziekte te voorkomen. Wel stuit
men nog vaak op domheid en eigenwijsheid, maar toch blijkt
reeds, dat de meer moderne denkbeelden ingang vindenhet
jongere geslacht begint mede te werken. Hinderpalen vormen
meestal de z.g. bakers en de buurvrouwen. In verband hiermede