met artikel 9, eerste lid, der Woningwet, dan wel het gevolg is van
toepassing van artikel 9, tweede lid of derde lid, der Woningwet.)
Ter verzekering van het toezicht op de behoorlijke naleving van de
voorschriften betreffende de volkshuisvesting is, onder leiding van den
Adjunct-directeur van Openbare Werken, werkzaam een inspecteur, uit
sluitend belast met het bouw- en woningtoezicht in deze gemeente.
Deze ambtenaren oefenen hun dienst uitsluitend in deze gemeente uit.
9. Toepassing van artikel 10 der Woningwet.
(Te vermelden of in den loop van het dienstjaar toepassing van één
der bepalingen van artikel 10 heeft plaats gevonden en wat te dier zake
is geschied.)
Dit artikel heeft geen toepassing gevonden.
HOOFDSTUK II.
Aangifte omtrent het aantal woningen.
10. Toepassing van artikel 11 der Woningwet.
(Mededeeling te doen of de gemeente overeenkomstig artikel 11,
eerste lid, voor het hebben van een woningbeurs door de Kroon is aan
gewezen of daarvan vrijstelling heeft bekomen. In het laatste geval met
eventueel vermelding van den termijn, binnen welken de woningbeurs moet
zijn ingesteld. Mededeeling te doen van evenlueele speciale voorschriften,
door de Kroon gegeven, waaraan de in de gemeente gevestigde woning
beurs moet voldoen. Op te geven hoeveel woningen in het dienstjaar te
huur werden gevraagd, hoeveel werden aangeboden en hoeveel door
bemiddeling van de woningbeurs werden verhuurd.)
Bij Koninklijk besluit van 29 April 1922, no. 43, is aan deze gemeente
tot wederopzegging vrijstelling verleend van de verplichting tot instelling
van een woningbeurs.
11. Toepassing van artikel 12 der Woningwet.
(Mededeeling te doen of in den loop van het dienstjaar een woning
telling overeenkomstig artikel 12 heeft plaats gehad.)
Een woningtelling werd in 1922 niet gehouden.
12. Vrijwillige woningtelling.
(Mededeeling te doen of in den loop van het dienstjaar een woningtelling
onafhankelijk van artikel 12 der Woningwet heeft plaats gehad).
Een vrijwillige woningtelling heeft in 1922 niet plaats gehad.