VERSLAG van het Gemeente-Ziekenhuis over het dienstjaar 1922 Aan heeren Burgemeesters en Wethouders der Gemeente Breda. De commissie van beheer van het gemeente-ziekenhuis te Breda heeft de eer UEdelachtbaren het verslag over 1922 te doen toekomen. In het ziekenhuis werden zieken opgenomen, die om verschillende redenen niet in andere ziekenhuizen konden worden verpleegd, zoowel behoef tige als andere, voor wie het aan hen ten koste gelegde werd terugbetaald. In het ziekenhuis was op 1 Jan. 1922 aanwezig eene vrouw in zwan gerschap en werden in den loop van het jaar opgenomen 5 mannelijke patiënten, t.w. 3 wegens krankzinnigheid, 2 wegens overspanning. Van dezen werden: 1 genezen ontslagen, 1 naar Amsterdam en 3 naarVught overgebracht. Voorts 29 vrouwelijke patiënten, waarvan 21 wegens zwan gerschap, 6 wegens krankzinnigheid en 2 wegens overspanning. Van de krankzinnigen werden er 5 naar Vught, 1 naar 's-Bosch vervoerd. Van de zwangeren werden er 3 tijdelijk ontslagen en ten tweede male opgenomen. Op het einde des jaars was er geen verpleegde in het ziekenhuis. Er werden 16 kinderen geboren, 8 van het mannelijk, 8 van het vrou welijk geslacht. Een kindje overleed daags na de geboortebovendien kwam er een kind dood ter wereld. In totaal werden verpleegd 51 personen en bedroeg het aantal ver- pleegdagen 583. De genees- en verloskundige behandeling geschiedde door de gemeente- genees'neeren en vroedvrouwen. De verpleging en voeding, alsook het in orde houden der ziekenzalen enz. werd verricht onder toezicht van den directeur, door den concierge en diens vrouw, aan wie, wanneer zulks noodig bleek, hulp toegevoegd werd_ Voor de verstrekking van voedsel werd aan den concierge uitbetaaldf 537.37 Voorts werd uitgegeven aan Aankoop en onderhoud van materiaal734.89 Werkloon 99.30 Rente-zegels31.20 Brandstoffen 393.50 Onkosten voor verlichting en ander gasverbruik295.82 voorziening van water44.71 Salaris aan den directeur„1000.. concierge1550. Totaal f 4686.79

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1922 | | pagina 164