7 te zich op dezen tak van armenverzorging laat gevoelen door de algemeene deelname van minvermogenden aan de bestaande begrafenisfondsen is ook voor het afgeloopen jaar van toepassing. e. Reisgelden e?i kosten van nachtverblijf en voeding aan doorreizende behoeftigen e?i anderen Een voornaam deel dezer behoeftigen bestaat uit lieden, die wegens gebrek of schaarschheid aan werk in hunne woonplaatsen trachten aan den arbeid te komen. Het aantal behoeftigen, dat in het afgeloopen jaar van dezen tak van armenverzorging genoot, bedroeg 836 personen, waarvoor eene uitgaaf van f 198,71 noodig was. Bij aanmelding in den loop van den dag wordt hun, wanneer zij zulk verlangen, brood en koffie verstrekt en zoo zulks noodig blijkt tot op billijken afstand vrij vervoer verleend. Melden zij zich daarentegen in den laten avond aan of op een uur dat geen vervoer meer plaats heeft, dan wordt hun nachtverblijf en voeding verstrekt. Slechts in onvermijdelijke gevallen worden zij in een logement onderdak gebracht. Ten kantore onzer administratie wordt door een beambte van politie bij het verleenen van vrij vervoer het benoodigde reisgeld in ontvangst genomen. Betrokkene wordt voorzien van een reisbiljet door de zorg der politie; de daarmede belaste beambte overtuigt zich, dat het vertrek werkelijk plaats heeft. Ook worden ten onzen kantore betaald de kosten van verstrekte voeding en die van het onderdak brengen in een logement. Voor alle uitgaven op dezen tak van armenverzorging betrekking heb bende, worden ons door de politie bewijzen, verstrekt. Hiervan wordt door ons aanteekening gehouden in een daarvoor bestemd register en eene declaratie opgemaakt na afloop van elk kwartaal, die aan heeren Burgemeester en Wethouders wordt ingezonden om later het door onze administratie voorgeschoten bedrag van de gemeente terug te ontvangen. Hiermede het eerste gedeelte der armenverzorging, namelijk de „ge meentelijke" of „armenverzorging als maatregel van politie" behandeld hebbende, zullen wij overgaan om in het volgende gedeelte verslag te doen van de Verzorging der gewone armen. a. Bedeeling in geld en brood. In het afgeloopen jaar werden bedeeld 51 Hoofden van gezinnen. 42 Eenloopende personen. 1 59 Hoofden van gezinnen. lijdelijk: (14 Eenloopende personen. In geld werd f 4484,0.5 en in brood f 34,88 uitgereikt. Voortdurend

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1922 | | pagina 350