6
Het overschot op de verkochte panden bedroeg
in Maart 1922 f 262,94
Juni 102,69
September 192,17
December 173,79
f 731,59
Het overschot bedroeg in
1917
f 550,84
1918
710,43
1919
902,365
1920
932,79
1921
550,775
Het verschil der jaren 1922 en 1921 spruit voort uit de meerdere of
mindere opbrengst van verkochte panden,
Aan houders van pandbewijzen werd in 1922 uitbetaald:
in
Januari
f
56,07
Februari
ii
9,54
ii
Maart
71
56,49
ii
April
71
■16,73
ii
Mei
71
12,79
ii
Juni
11
.9,91
n
Juli
11
18,06
ii
Augustus
11
i
n
September
11
72,84
ii
October
11
14,33
ii
November
11
1,74
ii
December
71
43,05
f 311,55
Uitbetaald werd in
1917
f
171,625
1918
ii
199,45
1919
ii
375,64
1920
ii
206,535
1921
ii
267,115
Winst- en Verliesrekening der vier verkoopingen.
BATEN.
Opbrengst van de opgelden van verkochte panden.
Onafgehaalde overschotten op verkochte panden
Totaal der Baten
f 136,93
473,28
f 610,21