52
sin Lees- en Studiezalen liggen ter lezing een 12-tal dagbladen en
120 week- en maandbladen en tijdschriften.
Het aantal bezoekers aan Lees- en Studiezalen bedroeg in het afge-
♦loopen jaar 19915, waarvan 1631 vrouwen. In 1921 waren deze cijfers
♦resp. 15881 en 1351.
»Ook onze uitleenbibliotheek heeft blijk gegeven reden van bestaan te
♦hebben. Door geschenken en aankoop is de boekenvoorraad beduidend
♦uitgebreidaan het einde van 1922 beschikten wij over 2700 boek-
werken. Gedurende 1922 werden 13791 deelen uitgeleend, waarvan
11211 romans, tooneelstukken e.d., 1135 studieboeken en 1445 kinder
boeken.
Bedroeg het batig saldo op 1 Januari 1922 de somma van f 11,62,
op 31 December kon de rekening worden gesloten met een voordeelig
saldo van f 226,77
Dit bedrag is echter geenszins in overeenstemming met den waren
♦staat van de geldmiddelen en houdt vooral verband met de langdurige
♦ongesteldheid van een onzer leveranciersdaardoor is de post boekaan-
schaffing wellicht circa f 300 lager dan overeenkomt met de aange-
schafte boeken en tijdschriften. Dit batig saldo zal dus ongetwijfeld in
den loop van 1923 verdwijnen. Daarbij komt, dat onze Vereeniging door
vertraging, gevolg van de bekende Tribune-kwestiein de Provinciale
Staten, in 1922 van de Provincie f 500 -j- f 375 f 875 ontving,
♦terwijl in 1923 slechts f 375 kan worden verwacht. Ook de buitengewone
♦inkomsten ten bedrage van f 200 blijven in 1923 waarschijnlijk achter-
wege. Een en ander was aanleiding, voor 1923 een nadeelig saldo te
ramen ten bedrage van f 573,38«.
4. De Natuurhistorische Vereeniging.
5. Het Natuurkundig Genootschap.
6. De Vereeniging ♦Breda Vooruit«.
7. Verschillende tooneelgezelschappen.
8. Vier muziekvereenigingen AuroraDe Unie, Vondel en St. Fidelis),
behalve militaire muziekkorpsen.
9. Verschillende mannen-zangvereenigingen, waaronder de Koninklijke
Zangvereeniging ♦Breda's Mannenkoorbenevens vereenigingen voor
gemengd koor.
10. De Afdeeling Breda van de Maatschappij tot bevordering der
Toonkunst.
11. Het symphonie-orchest ♦Smetanat.
12. Bredasche concours-hippique-vereeniging.
13. Verschillende gymnastiek-vereenigingen en sport-clubs.
14. Verschillende schietvereenigingen (Zie hoofdstuk VII).
15. Clubs voor ijsvermaak, kegelen en dergelijke.
Bovendien bestaan nog in de gemeente militairen-vereenigingen, welke
sport- en kunstbeoefeningen ten doel hebben.