Verslag betreffende den toestand en de werking van de Gemeentereiniging te Breda, over het jaar 1923. Beheer. In de samenstelling der Commissie kwam eenige verandering de heer Th. J. A. van Dijk bedankte als lid van den Raad, terwijl de heer F. F. X. Cerutti, hoewel als raadslid herkozen, meende voor de benoeming tot lid der Commissie te moeten bedanken. In de raadsvergadering van 9 October 1923 kwam de benoeming aan de orde en werden de volgende heeren gekozen, die allen de benoeming aanvaarden. Op 31 December was de commissie samengesteld uit de volgende heeren H. J. Moll, wethouder, Voorzitter. C. J. Kluft, J. M. Meijvis, Th. P. Elich, j Leden- F. P. J. A. Appelboom, De directeur fungeerde als secretaris. Verschillende onderwerpen werden in de vergaderingen be sproken, waaromtrent adviezen en voorstellen bij Fleeren Burge meester en Wethouders ingediend werden. Directie en opzicht. De directie bleef ongewijzigd. De opzichter M. Renne ontving op I Mei eene vaste aanstelling als zoodanig. De directeur werd in den uitvoerenden dienst bijgestaan door den vaaltopzichter S. M. van Cortenberghe en de opzichters C. J. Noijens en M. Renne. Personeel. Het vaste personeel bestond bij den aanvang van het jaar uit 46 werklieden. De werkman A. Jongbloed kwam te overlijden, terwijl de werk lieden C. Michielsen en A. Brouwer wegens lichamelijke ongeschikt- h id met ingang van 23 Juni werden ontslagen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1923 | | pagina 151