18
Art.
BUITENGEWONE UITGAVEN.
Bedragen der
uitgaven.
Begrooting
1923.
I
Uitbreiding meters
5635,16
4000,—
2
buizennet
1670,12
2500,—
3
prise d'eau
-
6070,02
-
10500,—
4
pompinstallatie
-
61,62
5
zuiveringsinrichting
-
21,36
-
1500,—
6
gereedschappen
-
32,28
7
dienstleidingen
-
660,61
Extra credieten volgens schrijven van Bur
gemeester en Wethouders d.d. 26 Februari 1923.
14151,17
18500,
Reservefonds.
Belegging effecten
33460,61s
Verrekend van nog te ontvangen in
teresten
47,15
33413,46s
De belegging bestaat uit
10 stuks
1000,—
3,5
Nederland.
3
- 100,
3,5
1
- 500,—
3,5
1
- 1000,—
4
10
- 1000,—
4,5
2
- 500,—
4,5
14
1000,—
5 °/o
5
- 500,—
5
1
- 1000,—
5
Nederlandsch-lndië.
2
- 500,—
5
1
1000,—
4,5%
Staatsspoor.
1
- 500,—
4,5
Amsterdam.
6
- 1000,—
4,5
Rotterdam.
1
- 500,—
4,5
1
- 1000,—
6
Breda.
1
1000,
6
Nederland.