4 als hèt voornaamste voor 't jonge meisje, omdat 't haar van oneindig praktisch nut is in het later leven, moet het der commissie van het hart, dat op de O.L.S. in onze gemeente dit nuttige leervak waarlijk zeer stiefmoederlijk wordt bedeeld. Noodgedwongen heeft de commissie in den loop van 1923 moeten adviseeren tot afschaffing van het vervolgonderwijs. Ze zag n.l. in, dat door den geringen toeloop te groote finantiëele offers van de gemeente gevraagd werden. Maar dan moge toch zeker blijven bestaan het zevende leerjaar, als eind-onderwijs vooral voor die leer lingen, welke niet naar ondere inrichtingen van onderwijs zullen gaan. 't Zou evenwel zeer gewenscht zijn, indien dan aan elke school zulk een zevende leerjaar was toegevoegd. De praktijk leert nü reeds, dat vele ouders hunne kinderen liever opnieuw een jaar sturen naar de zesde klasse derzelfde school, dan naar de 7e eener andere inrichting voor O.L.-onderwijs. HOOFDSTUK IV. Van de Commissie van Toezicht. In hoofdzaak bleef de commissie in 1923 van ongewijzigde samen stelling. Alleen het lid A. Hoogewerff had zich (als wonende buiten de gemeente Breda) niet meer herkiesbaar gesteld en werd opge volgd door mejuffrouw Ufkes, terwijl in den loop van 't jaar het lid v. Boeckel bedankte, daartoe genoodzaakt door zijne overplaat sing naar Venlo. De voordracht, ter aanvulling dezer vacature, werd uitgezonden gelijkelijk met die voor de aftreding 1924. De commissie hield in 1923 acht vergaderingen. Als voornaamste punten kwamen daarop ter tafel Adviezen voor B. en W. betreffende het vervolgonderwijs (in ver band met de bepalingen door den Direct, van het Nijverheidsonder wijs gemaakt) het godsdienst- en handwerkonderwijs (in verband met een nieuw ontworpen leerplan) de vereeniging der beide Scholen aan de Boschstraatde opheffing der O. L. S. aan de Ginnekenstraat. Voorts was het gymnastiekonderwijs weer een punt van ampele bespreking, naar de commissie hoopt.... dit jaar met succes. Er werd verder behandeld het schoolbezoek het rookverbod voor kinderen (met als gevolg een verzoek aan B. en W., om het onderwijzend personeel tot medewerking aan te sporen) de nieuwe wetsbepalingen en de minder goede conditie, waarin dientengevolge sommige scholen komen) eene verhandeling uit de Amerikaansche bladen over «Deugdstudie», de 6 of 7-jarige voorbereiding tot het Middelbaar- en Gymnasiaal onderwijs, de beteekenis van het M.U. L.O. (thans U.L.O.) de Ouderavonden en Oudercommissies het vrijaf geven bij zeer groote warmte, e.a.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1923 | | pagina 288