72
VII. Verdere scholen van bijzonderen aard.
a. Verschillende particuliere gymnastiek-inrichtingen.
b. Een Algemeene Zang- en Muziekschool, vanwege de gemeente
over 1923 gesubsidieerd met f 4800,
c. Twee cursussen voor volwassenen, uitgaande van de Vereeni-
ging «Volksonderwijs», en van de R. K. Werkliedenvereeniging
St. Petrus», vanwege de gemeente over 1923 resp. gesubsidieerd
met f 161en f 319,86.
d. Twee ontwikkelingscursussen voor volwassenen, uitgaande van
de vereenigingen «Volksuniversiteit» en R. K. Volksuniversiteit».
Aan het jaarverslag over 1923 van de Algemeene Zang- en Muziek
school ontleenen wij het volgende
«Ter voorziening in een nog steeds bestaande vacature werd
Notaris Mr. F. Suijs aangezocht om een bestuursfunctie op zich
te nemen, welke functie door hem welwillend werd aanvaard.
Aan den heer Henri van Nieuwenhoven werd op zijn verzoek
eervol ontslag verleend als directeur der school met ingang van
1 September. In zijn plaats werd benoemd de heer Kees Heer-
kens, die als zoodanig op 7 September 1923 door den Voorzitter
werd geïnstalleerd en van wiens ijver en kunde het bestuur de
beste verwachtingen heeft.
Mede werd op haar verzoek eervol ontslag verleend aan
mevrouw Van Nieuwenhoven-Simons als leerares voor de piano.
Te harer vervanging werd benoemd mej. B. Himpe. Directie en
personeel vervulden ook dit afgeloopen jaar met ijver en toewij
ding hun taak.
Het aantal leerlingen bedroeg op 31 December 1923 in totaal
248; hiervan genoten 47 geheel kosteloos onderwijs, terwijl 201
leerlingen het volle of een min of meer gereduceerd leergeld
betaalden. Over het algemeen gaven het gedrag, de ijver en de
vorderingen der leerlingen alle reden tot tevredenheid.
In den loop van het vereenigingsjaar werd de schoolgeld hef
fing, zoo ook de wijze van honoreeren van het leeraarspersoneel
herzien. Dit was onvermijdelijk, omdat het evenwicht tusschen
inkomsten en uitgaven dreigde verloren te gaan. Bij die wijziging
der schoolgeldheffing heeft het bestuur, gelet op de teleurstellin
gen ondervonden bij de aanvragen om subsidie aan de omlig
gende gemeenten, zich verplicht gezien om, waar de gemeente
Breda de school steunt met een beduidend bedrag aan subsidie,
het schoolgeld voor niet te Breda gevestigde leerlingen eeniger-
mate hooger te stellen dan dat voor hen, die wel in die gemeente
woonachtig zijn. De billijkheid van een dergelijke schoolgeldhef
fing zal wel door niemand kunnen worden weersproken.
Dank zij de tegemoetkomende houding van den vorigen eige
naar en den financieelen steun van een onzer bestuursleden
mocht het ons gelukken de hand te leggen op het gebouw,