Verslag betreffende den toestand en de werking van de Gemeentereiniging te Breda, over het jaar 1924. Beheer. In de samenstelling van de Commissie kwam eenige verandering de heer J. M. Meijvis bedankte als lid van den Raad, terwijl de heer F. P. J. A. Appelboom wegens drukke bezigheden niet weder voor eene herbenoeming in aanmerking wenschte te komen. In de raadsvergadering van 29 Augustus 1924 werden tot leden gekozen de beide aftredende heeren Kluft en Elich en voor de beide vacatures de heeren T. Neve en A. C. Korteweg, die allen de be noeming aannamen. De heer Korteweg, inmiddels tot wethouder verkozen, bedankte de raad voorzag in zijne vergadering van 25 November in deze vacature door de benoeming van den heer Kooperberg. Op 31 December was de commissie samengesteld uit de volgende heeren H. J. Moll, wethouder, Voorzitter. C. J. Kluft, T. P. Elich, T. Neve, W. L. Kooperberg, De directeur fungeerde als secretaris. Verschillende onderwerpen werden in de vergaderingen bespro ken, waaromtrent adviezen en voorstellen bij heeren Burgemeester en Wethouders ingediend werden. Directie en opzicht. De directie bleef ongewijzigd. De directeur werd in den uitvoerenden dienst bijgestaan door den vaaltopzichter S. M. van Cortenberghe en de opzichters C. J. Noijens en M. Renne. Personeel. Het vaste personeel bestond bij den aanvang van het jaar uit 43 werklieden. De machinist, tevens monteur, werd wegens lichamelijke onge schiktheid ontslagen en verliet den dienst met pensioen de werk- Leden. I

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1924 | | pagina 147