2 lieden A. Nuyten en M. Lenz werden wegens het bereiken van den 65-jarigen leeftijd gepensionneerd. De losse arbeiders A. van Malsen en J. Lambregts werden in het vaste personeel opgenomen, de eerste jnet ingang van I Juli, de laatste met ingang van 1 Januari 1925 op dezen datum verliet de werkman H. Walter onzen dienst wegens lichamelijke ongeschikt heid. Ter vervanging van de werklieden, die van hunne vacantie ge noten en tot hulp in de vacatures, werden werklieden in lossen dienst genomen. Bij den aanvang van het jaar was de indeeling als volgt 1 tweede-monteur, 3 chauffeurs, 2 voerlieden bij den tonnendienst, in den namiddag belast met andere diensten, 3 voerlieden belast met het uitscheppen der riolen, 6 voerlieden bij den vuilnisdienst, 1 voerman bij den ruimdienst, 6 arbeiders bij den vuilnisdienst, 2 8 ruimdienst, 2 8 8 8 tonnendienst, 4 8 op het beltterrein. 1 1 8 voor het vegen der straten en andere diensten, 1 arbeider voor het schoonhouden der urinoirs, 1 stalknecht. Aan de werklieden A. Nijssen en C. van Gurp werden wegens 25-jarigen dienst, door heeren Burgemeester en Wethouders diplo ma's met gratificatie uitgereikt. C. Mattijssen werd tot chauffeur bevorderd. De loonen van J. Prins en J. Schrauwen werden overeenkomstig de bepalingen van de loonregeling verhoogd. Ongevallen van beteekenis vielen niet voor een der losse werk lieden kreeg eene verwonding aan de hand de werkman J. Beekers bekwam door een val eenig letsel. Beiden ontvingen eene uitkeering van 70 van hun loon, hetgeen met die uitkeering verminderd werd de ontvangen uitkeeringen bedroegen samen f 101,46. Aan 21 werklieden werd gedurende 491 dagen ziekengeld uitge keerd tot een bedrag van f 2627,20. Alle arbeiders genoten van hunne vacantie toeslag werd niet meer uitgekeerd. Aan kindertoeslag werd uitbetaald f 3956,51 De loonregeling, alsook de klasse-indeeling, werden niet gewijzigd. De werkweek bleef 48 uren overwerk wordt slechts in uiterste gevallen verricht. Aan arbeidsloonen werd een bedrag van f 76637,46 uitgegeven. De premies voor de verzekering tegen ongevallen bedroegen f 584,76.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1924 | | pagina 148