62
HOOFDSTUK VIII.
KERKELIJKE ZAKEN.
Het aantal kerkgebouwen, aan den openbaren eeredienst ge
wijd, was gelijk aan het vorig jaar.
Gevestigd zijn
A. van de Roomsch-Katholieke Gemeente
Zes parochiekerken, benevens het kerkgebouw der Paters Capu-
cijnen en verschillende kapellen. In elk der genoemde parochieker
ken zijn één pastoor en voor het meerendeel twee kapelaans.
Nabij de grens dezer gemeente (Baronielaan), gemeente Teteringen,
is mede een R. K. Kerk gevestigd.
B. van de Nederduitsch-Hervormde Gemeente
Eén kerkgebouw (de Groote Kerk) met drie predikanten.
C. van de Waalsche Gemeente
Eén kerkgebouw met één predikant.
D. van de Evangelisch-Luthersche Gemeente
Eén kerkgebouw met één predikant.
E. van de Gereformeerde Gemeente
Eén kerkgebouw met één predikant.
F. van de Nederlandsch-Israëlietische Gemeente
Eén kerkgebouw met een voorganger en godsdienstleeraar.
Door de gemeente zijn geen uitgaven gedaan voor den openbaren
eeredienst, noch subsidiën verleend voor den bouw van kerken of
pastorieën, of toelagen verstrekt aan pastoors, kapelaans, predikan
ten, enz.
Voor het restaureeren of herstellen der Groote Kerk bovengenoemd
is als twintigste bijdrage in de kosten verstrekt f 6500,
(Zie te dien aanzien het vermelde in ons verslag over 1903, bl. 80).
Bij raadsbesluit van 30 Juni 1921 werd deze bijdrage, aanvangende
met het jaar 1922, verhoogd tot f 6500,
Aan het verslag omtrent de restauratie over het jaar 1924 ontleenen
wij het volgende
Het op den jaarstaat berekende tekort ad f 15750,29s geeft
het feitelijke tekort der herstellingskosten niet juist weer, omdat
nog moet binnenkomen het Provinciale subsidie over 1924,
bedragende f 6500 en het Rijkssubsidie ad f 5000, zijnde het
resteerend bedrag van het subsidie over 1924, zoodat het feite
lijk tekort der stellingswerken nog bedraagt f 4250,29s
In den loop van het jaar werden verschillende herstellingen
verricht aan de Prinsenkapel en den kooromgang.