74
Kan van het onderwijs gezegd worden, dat het in alle opzich
ten zeer gunstige resultaten heeft opgeleverd, de financiën wach
ten nog op verbetering. Hypotheekrente en aflossingen drukken
daarop nog te zwaar, met dit gevolg, dat het jaar 1924 nog met
een tekort sluit.
Inkomsten en uitgaven bedroegen f 17359,58s waaronder een
nadeelig saldo van f 218,75.
IX. Kunsten en Wetenschappen.
1. De Vereeniging «Het Stedelijk Museum Voor Geschiedenis en Oud
heidkunde» opgericht in 1902 en gesubsidieerd met een jaarlijksche
toelage ad f 500,
In het jaarverslag dier vereeniging lezen wij, dat het bestuur
in 1924 bestond uit 6 leden, het aantal gewone leden bedroeg
23 tegen 25 in 1923.
Het Museum is kosteloos voor het publiek toegankelijk op alle
Zaterdagen en op den eersten Zondag van elke maand, van
I tot 4 uur.
Het aantal bezoekers bedroeg 2698 tegen 2168 in 1923.
Kinderen beneden den leeftijd van 15 jaar hebben alleen toegang
onder geleide en zijn in bovengenoemde cijfers niet begrepen.
Verschillende voorwerpen werden ten geschenke ontvangen.
De ontvangsten en uitgaven bedroegen f 1012,53s waaronder
een batig saldo van f 9611 Is
2. Een Openbare Leeszaal en Bibliotheek, gesubsidieerd met
f 2000,'s jaars.
Aan het jaarverslag dier instelling ontleenen wij het volgende
Het ledental bleef vrijwel stationnair n.l. 900 het aantal
aantal portefeuille-lezers steeg tot 17.
Einde December bedroeg het bandenbezit van onze leeszaal
4000. Evenals vorige jaren mochten wij weder van verschillen
de zijden tal van geschenken ontvangen.
Het aantal uitleeningen van boekwerken is dit jaar opnieuw
toegenomen en wel met circa 2500. Het ware 24927 banden,
waarvan 16430 romans, 4909 kinderboeken en 3588 studieboeken.
Het aantal bezoekers bedroeg 25636, van wie 23669 mannen en
1967 vrouwen. In 1923 waren deze cijfers resp. 22377, 20402 en
1975.
Kunnen wij met genoegen wijzen op het steeds meerdere
gebruik, dat van de leeszaal gemaakt wordt, te betreuren is het,
dat wij, tengevolge van de vermindering der subsidies, ons
moeten beperken in de aanschaffing van boeken en tijdschriften.
Tegenover een voordeelig saldo van f 67,21 in 1923, vertoont
de rekening in 1924 voor het eerst een nadeelig saldo, en
wel van f 212,23. De oorzaak ligt in de eerste plaats bij het al
weer verlaagde rijkssubsidie bedraagt dit subsidie nominaal
