76
Ter lezing lagen 11 dagbladen, 46 weekbladen en 115 maand
bladen.
Het ledental nam toe van 1223 tot 1345. Wegens de voort
gaande bezuiniging op het Rijkssubsidie blijft het noodzakelijk,
dat de beter-gesitueerden zich niet aan de minimum-contributie
houden wij achten ons gelukkig te kunnen constateeren, dat dit
wel begrepen wordt, hoezeer eenige teruggang niet te misken
nen valt.
Het getal uitgeleende boeken steeg van 43366 in 1923 tot 46742
in 1924, waarvan 34463 romans, 8895 kinderboeken en 3384
studieboeken. Daaruit blijkt, dat het getal romans steeg met
7,5 °/o, kinderboeken met 3,8 en studiewerken met 24 Het
bestuur meent op dit gunstig verschijnsel de aandacht te mogen
vestigen. Het getal bezoekers verminderde van 18572 in 1923 tot
17262 in 1924. De oorzaak daarvan zal gezocht moeten worden
in de verbouwing, waarvan hier vóór gewag werd gemaakt.
De leeszaal werd bezocht door 14726 mannen en 2536 vrouwen.
De studiezaal door 997 personen, van wie 818 mannen en 179
vrouwen.
Te Oosterhout konden wij een filiaal oprichten. Ook uit andere
plaatsen bereikten het bestuur verzoeken om oprichting van een
filiaal, speciaal van meer intellectueele zijde. Met leedwezen
moest daarvan echter voorloopig worden afgezien, omdat wegens
de aanwezigheid van een plaatselijke bibliotheek, de inkomsten
in te slechte verhouding tot de uitgaven zouden staan.
De ontvangsten en uitgaven beliepen f 13.896,82, waaronder
een voordeelig saldo van f 100,51
4. De Natuurhistorische Vereeniging.
5. Het Natuurkundig Genootschap.
6. De Vereeniging Breda Vooruit
7. Verschillende tooneelgezelschappen.
8. Vier muziekvereenigingen (Aurora, De Unie, Vondel en St.
Fidelis), behalve militaire muziekkorpsen.
9. Verschillende mannen-zangvereenigingen, waaronder de
Koninklijke Zangvereeniging Breda's Mannenkoor benevens ver-
eenigingen voor gemengd koor.
10. De Afdeeling Breda van de Maatschappij tot bevordering der
Toonkunst.
11Het Symphonie-Orkest Smetana
12. De Bredasche Orkest-Vereeniging.
13. Bredasche concours-hippique-vereeniging.
14. Verschillende gymnastiek-vereenigingen en sport-clubs.
15. Verschillende schietvereenigingen (Zie hoofdstuk VII).
16. Clubs voor ijsvermaak, kegelen en dergelijke.
Bovendien bestaan nog in de gemeente militaire-vereenigingen,
welke sport- en kunstbeóefeningen ten doel hebben.
