Naar aanleiding van het sterftecijfer voor Breda overwoog de Commissie of de sterfte in de hier bestaande groote ziekeninrich- tingen van elders woonachtigen ook van invloed kon zijn op dat cijfer. Een nader onderzoek zal hiernaar worden ingesteld. Zeer zeker van invloed op dit cijfer is het groot aantal oude en invalide personen, die van elders komende, in het R. K. Gasthuis verpleegd worden, om daar meestal na enkele jaren te overlijden. Getracht zal worden dezen invloed onder cijfers te brengen. De Commissie ontving een afdruk van een schrijven door Ge deputeerde Staten van Noordbrabant d.d. 21 Januari 1925 ge zonden aan de gemeenten in deze provincie, waar de zuigelingen sterfte het hoogst is. Zij wijzen daarin op een vlugschrift van den Nederlandschen Bond tot bescherming van Zuigelingen, hetwelk beschamende cijfers voor de provincie Noordbrabant bevat en vragen de hulp van de Gemeenteraden om dezen misstand krachtdadig te be strijden. Aangezien de zuigelingensterfte in Breda de laatste jaren, vrijwel normaal is en ongeveer overeenkomt met het Rijksge middelde, behoefde de Commissie naar aanleiding van dat schrijven geen maatregelen te nemen. Den 29 Juli 1925 ontving de Commissie van Gedeputeerde Staten een afschrift van een verzoekschrift van den Diocesanen Drankbestrijdersbond met bijlagen, waarbij in verband met de groote kindersterfte in Noordbrabant gewezen wordt op het nut van bestrijding van het drankmisbruik en waarin geklaagd wordt, dat hierbij weinig medewerking wordt ondervonden van de plaatselijke overheidsorganen evenmin als bij de beteugeling van de genotzucht. Gedeputeerden zouden het op prijs stellen te mogen vernemen of de Commissie op grond van hare ervaring de meeningen van genoemden bond onderschrijven kan. Indien de Commissie nog bijzondere middelen ter bestrijding wenschte aan te bevelen, dan verzochten Gedeputeerden dat te doen vóór 20 September. De Commissie antwoordde, dat zij overtuigd was, dat drank misbruik der ouders schade kan doen aan de levensvatbaarheid

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1925 | | pagina 170