48
Annuïteiten verschuldigd wegens op grond van art. 33 der
Woningwet ontvangen voorschotten.
Dienstjaar, waarin
het voorschot
werd ontvangen
Bedrag
van het
voorschot
Bedrag
der
annuïteit
Bedrag van
eventueele
Rijksbijdrage
in deze
annuïteit
Jaar,
waarin de
schuld
zal zijn
afgelost
1910
88947,—
3707
1960
1912
5587,—
267
1962
1913—1914
112000
5103
1964
1914
31498,
1435
1964
1918
77000,—
3423
1968
1919
43542,-
1936
1994
1919
1229950
59726
1970
Gemeentebegrooting.
De gemeente-begrooting dienst 1925, gewone dienst, werd
vastgesteld in ontvangsten en uitgaven op een bedrag van
f 1.054.772,98 en goedgekeurd bij besluit van Gedeputeerde
Staten van Noord-Brabant van 2 September 1925, G. no. 263.
Plaatselijke directe belasting naar het inkomen.
In zijne vergadering van 22 Mei 1921 heeft de Raad besloten
om, te rekenen van 1 Mei 1921, de regeling van de aanslagen
in en de zorg voor de inning van de plaatselijke directe belasting
naar het inkomen te doen geschieden door de Rijksadministratie.
Vergunningsrecht voor den verkoop van sterken drank
in het klein.
Aan dit recht is voor het vergunningsjaar 1925/26 ontvangen
voor 91 gewone en 2 bijzondere vergunningen f 4906,24 tegen
f 4956,24 over 1924/25.
Het recht voor eene bijzondere vergunning bedraagt 75 ten
honderd van het bedrag, hetwelk voor eene gewone vergunning,
overeenkomstig art. 20, 3de lid, der Drankwet, wordt vastgesteld.
Bovendien wordt het recht van elke vergunning met 50 ten
honderd verminderd voor de localiteiten, waarin geen sterken
drank in het klein verkocht of geschonken wordt tusschen Zater
dagavond 6 uur en Maandagochtend 8 uur.
Van deze bijzondere bepaling werd in 1925 gebruik gemaakt
door de houders van 2 bijzondere vergunningen.