49 Met betrekking tot de schatting der huurwaarde van localiteiten,. waarin sterke drank in het klein wordt verkocht, werd door ons in 1909 eene regeling vastgesteld, opgenomen in het gemeente verslag van dit jaar, welke regeling ook in 1925 tot grondslag voor de berekening van dat vergunningsrecht heeft gestrekt. Schatter van de dranklocaliteiten is de heer F. B. Engbersen.. Ten aanzien van de uitvoering en de toepassing van verschil lende bepalingen der Drankwet valt alsnog het volgende te ver melden Verleend w er den: 1 vergunning voor tappen (art. 1, 2de lid, letter a.). 2 vergunningen voor slijten (art. 1, 2de lid, letter b.). Overgeschreven werd: 1 vergunning op een andere localiteit. Ingetrokken zijn: 5 vergunningen, medetellende voor het maximum. 1 logementsvergunning. Ten aanzien van de verloven valt het volgende te vermelden: Verleend werden 7 verloven voor den verkoop van alcohol houdenden anderen dan sterken drank en 11 verloven voor den verkoop uitsluitend van alcoholvrijen drank. Ingetrokken werden 19 verloven, waarvan door den houder vrijwillig afstand is gedaan. Vervallen zijn 7 verloven door overlijden van den verlofhouder. Het aantal inrichtingen, waarin op 1 Mei 1925 krachtens ver gunning sterke drank in het klein wordt verkocht, bedraagt: voor ongesplitsten verkoop (tappen en slijten)39 tappen alleen41 slijten alleen7 sociëteiten4 logementen14 bijzondere vergunningen (verkoop 210 L.)2 Totaal .107 Het aantal vergunningen, die verleend zijn vóór 1 Mei 1904 bedraagt 50. Het wettelijk maximum van het aantal vergunningen bedroeg op 1 Mei 1926: 75. De vergunningen, verleend voor logement, worden bij de be rekening van het maximum niet medegeteld. Het aantal inrichtingen, waar op 1 Mei 1926 krachtens verlof drank wordt verkocht, bedraagt:

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1925 | | pagina 51