9
B. Verzamelingen van vuil, mestvaalten, goten, enz.
Burgemeester en Wethouders verzochten de Commissie een
onderzoek in te stellen bij J. Michielsen, Boschstraat 69, waar
de bestrating verontreinigd zou zijn door mest en gier van uit
een zich daar bevindende mestvaalt.
De Commissie achtte de bewaarplaats voor de mest geheel
onvoldoende ingericht en met het oog op de nabijheid van een
slachterij en woningen uit een hygiënisch oogpunt ontoelaatbaar.
Zij adviseerde de vergunning tot het hebben van dien mest
vaalt in te trekken.
Burgemeester en Wethouders volgden dit advies op en de
vergunning werd ingetrokken.
Daarna bereikte de Commissie een advies-aanvraag van Burge
meester en Wethouders over het verzoek van J. Michielsen om
een nieuwe mestbak met varkenshokken te mogen bouwen.
Aangezien door de nieuw te bouwen mestbak de bezwaren
voor een groot deel zouden worden ondervangen, adviseerde de
Commissie gunstig.
De poelen en plassen ten noorden van het St. Ignatiuszieken-
huis, die door stank en vliegenplaag zooveel hinder veroorzaakten
aan die inrichting, zijn van wege het gemeentebestuur van Breda
uitgegraven en daarna opgehoogd, zoodat aan het herhaalde
verzoek der Commissie is gevolg gegeven.
Het is te hopen, dat hetzelfde gebeuren zal met de plassen
ten zuiden van dat ziekenhuis.
C. Verontreiniging van de lucht.
Hieromtrent is niets te vermelden.
D. Begraafplaatsen.
Hieromtrent is niets te vermelden.
HOOFDSTUK IV.
V olkshuisvesting.
onderzoek 'n den loop van het jaar 1926 werd door de Commissie een
plaatselijk onderzoek ingesteld in 35 woningen en erven, ten einde
advies te kunnen verleenen aan den Gemeenteraad van Breda