Van de 6de klasse volgen 2 leerlingen (1 ml. en 1 vr.) de lessen in het Hebreeuwschin de 5de klasse geen. Van de leerl. der 6e klasse volgen 3 (1 ml. en 2 vr.) de A-, 2 ml. de B-afdeeling de 4 leerl. der 5de klasse zijn allen B-leerlingen. Leeraren. Op 23 April werd, met ingang van 1 September, op haar ver zoek, eervol ontslag verleend als leerares in het Fransch aan Mevr. G. T. L. van Oorde-Wouda; tot haar opvolgster benoemde de Raad den 25sten Juni Mej. Th. M. M. Feldbrugge voor den tijd van één jaar. Bij besluit van 23 Juni verleende de Raad, met ingang van 1 September, eervol ontslag onder dankbetuiging voor de bewezen diensten aan den rector, Dr. A. J. Egelie, welk ontslag om ge zondheidsredenen was aangevraagd. Tot zijn opvolger werd Dr. J. Niemeijer, rector van het Gymnasium te Hengelo (O), den 30sten Juli benoemd deze aanvaardde zijn ambt op 1 November. Den 30sten Juli verleende de Raad, op diens verzoek, eervol ontslag aan den heer W. van Oorde als leeraar in de klassieke talen, met ingang van 23 October of zooveel eerder als zijn opvolger in functie zou kunnen treden. In zijn plaats werd op 20 Augustus benoemd Mej. P. W. Moens, doctoranda in de klassieke letteren, die haar werkkring kon beginnen op 1 September. Bij besluit van B. en W. werd aan Mej. H. G. A. Gruijs, candidate in de klassieke letteren te Teteringen, opgedragen om vanaf 1 September tot de komst van den nieuwen rector gedurende 1 1 uren per week les te geven in de oude talen. Mej. M. D. H. Marissen werd bij besluit van 30 Juli definitief benoemd tot leerares in de lichamelijke oefeningen, met ingang van 1 September. De Heer G. E. van Riemsdijk, leeraar in het Engelsch, in de Paaschvacantie geopereerd, kon zijn taak eerst vijf weken na die vacantie hervatten. In zijn afwezigheid, die langer duurde dan aanvankelijk werd vermoed, werd in zijn lessen zoo goed mogelijk voorzien. Aan Dr. D. Th. Enklaar werd den 24slen Juni voor den tijd van drie weken een gedeeltelijk ziekteverlof toegestaan gedurende dien tijd verrichtte hij alleen de werkzaamheden verbonden aan het overgangsproefwerk en het toelatingsexamen. Behoudens bovengenoemde uitzonderingen werd het onderwijs regelmatig gegeven. Curatoren. Den 29slen Mei overleed Mr. M. van Dam, secretaris van het College van Curatoren.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1926 | | pagina 307