8 N.B. De onderstreepte getallen geven het aantal gebouwde en gesloopte woningen aan, welke door de sinds 1 Mei plaats gehad hebbende grenswijziging bij de gemeente Breda zijn gevoegd. Ontrekken van woningen aan hunne bestemming, die zij op Juni 1920 hadden. (Art. 8c Woningnoodwet). Door 5 eigenaren werd voor 7 woningen geheele- en voor 2 woningen gedeeltelijke toestemming tot het onttrekken aan hare bestemming verzocht en verkregen. I maal werd de vrije beschikking verkregen over 10 woningen door storting van een bedrag in de gemeentekas van f 1000, éénmaal over 1 woning een bedrag van f 200,en éénmaal over drie woningen een bedrag van f 300.of totaal f 1500, Verschillende malen werd bij ministerieele beschikking naar aanleiding van verzoekschriften het daarin gedane beroep onge grond verklaard. Na opheffing der Huurcommissie werd bij het onttrekken der woningen aan hare bestemming geen gebruik meer gemaakt van de bevoegdheid van Burgemeester en Wethouders tot het heffen van gelden. Verhuren en toezicht op kleine woningen met weekhuur en noodwoningen. Het aantal door de Gemeente verhuurde kleine woningen, be stemd voor afbraak, bedraagt 16 stuks. Wegens bouwvalligheid werden in 1927 afgebroken 8 woningen. Het aantal noodwoningen bedraagt 85 stuks w.o. 4 noodwonin gen met Rijkssteun. Afgebroken zijn in 1927 drie noodwoningen aan de Walstraat. Adviezen. Het aantal adviezen aan Burgemeester en Wethouders bedroeg 91, de volgende onderwerpen betreffende a. Het bouwen, de exploitatie en de bewoning van ge meentewoningen met en zonder Rijkssteun, en de exploi tatie en bewoning der noodwoningen en kleine week- huurwoningen in eigendom der gemeente 46 b de exploitatie van de met Rijkssteun in deze gemeente gebouwde woningen der bouwvereenigingen 24 c. woningdienst .21 De Adj.-Directeur der Openbare Werken E. P. J. DE WOLF.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1927 | | pagina 125