1 7. Zelfstandige onderzoekingen van burgemeester en wet houders krachtens artikel 19, eerste zinsnede, der Woningwet. Vanwege den dienst der Bouwpolitie wordt voortdurend nage gaan, welke woningen verbetering behoeven of in welk opzicht deze niet aan de voorschriften der Bouwverordening voldoen. Nadat de betrokken eigenaar mondeling of schriftelijk is gewaar schuwd, worden in den regel de noodige herstellingen aangebracht. 18. Toepassing van artikel 20, eerste lid, der Woningwet. Dit artikel vond in 192 7 geen toepassing. HOOFDSTUK IV. Onbewoonbaarverklaring, ontruiming, sluiting en afbraak. 19. Onbewoonbaarverklaring ingevolge artikel 21, eerste lid, der Woningwet. 20. Onbewoonbaarverklaring ingevolge artikel 21, tweede lid, der Woningwet. In 192 7 hadden geen onbewoonbaarverklaringen plaats. 21. Toepassing van artikel 21, vierde lid, a. b en c, der Woningwet. Niet toegepast. 22. Verlenging ontruimingstermijnen (artikel 21, vijfde lid, der Woningwet). Had niet plaats. 23. Toepassing van artikel 22, eerste, tweede en derde lid, der Woningwet. Voorziening werd in 192 7 niet aangevraagd. 24. Ontruiming en sluiting van onbewoonbaar verklaarde woningen (artikel 23 der Woningwet). Dit wetsartikel vond in 192 7 geen toepassing. 25. Toepassing van artikel 25 der Woningwet. Niet toegepast. 26. Toepassing van artikel 28 der Woningwet. Niet toegepast. HOOFDSTUK V. Onteigening. 27. Onteigening volgens artikel 77 der Onteigeningswet. In 1927 werden geen besluiten tot onteigening genomen. HOOFDSTUK VI. Uitbreiding van bebouwde kommen. 28. Toepassing van artikel 30 der Woningwet. Bij raadsbesluit van 4 Februari 192 7 werd besloten tot defini tieve vaststelling van een bouwverbod op een gedeelte van het

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1927 | | pagina 133