In 1927 vergaderde de Armenraad driemaal en wel op 31 Maart, 25 Mei en 22 December 1927. In de vergadering van den 31 Maart wordt de rekening over het jaar 1926 nagezien en in orde bevonden. In de vergadering van 25 Mei 1927 wordt het conceptverslag over 1926 vastgesteld en de begrooting voor het jaar 1928 opgemaakt. In de vergadering van 22 December deelt de Voorzitter mede dat van de Handel en Nijverheidtentoonstelling II is ontvangen de som van f 275,Hierdoor zijn wij door vroeger ontvangen bedragen gekomen tot een bedrag van ruim f 2000,en zal er derhalve tot verdeeling dier gelden onder de hier ter stede be staande liefdadige instellingen worden overgegaan. In deze vergadering werd tevens het onderwerp woeker behan deld. Sinds de opheffing der Bank van Leening zijn er talrijke clandestiene pandjeshuizen verrezen, samen met z.g. huizen van in- en verkoop die heel vaak met de pandjeshuizen op een lijn zijn te stellen. De gelden der liefdadigheid verdwijnen soms in de handen der pandjeshouders en het is moeilijk om er paal en perk aan te stellen. Door Mejuffrouw Scheuer werd in een warm betoog aangetoond wat in andere gemeenten tegen de kwaal wordt ge daan. Als middel gaf zij aan het verkrijgen van gelden waaruit matige credieten tegen bijna geen rente kunnen worden verleend. Een voorschotbank op voordeelige basis door wie aan personen die daartoe door de liefdadigheidsvereenigingen worden voorge dragen voorschotten kunnen worden verstrekt. Als resultaat dezer besprekingen werd staande deze vergadering eene voorloopige commissie tot bestudeering bestrijding woeker benoemd die de mogelijkheid der oprichting van een voorschotbank zal overwegen en tevens middelen zal beramen ter bestrijding van de hier ter stede bestaande woeker. De voorloopige commissie werd samengesteld uit de dames Scheuer en de Ruijter en de heeren Loomans, Maas en Heijmans. Aan den Heer Besier werd in de loop van het jaar eervol ontslag verleend op diens verzoek als bode informator van den Armenraad. Bij monde van den Voorzitter werd in de vergadering van den Armenraad aan den heer Besier onder de meest hartelijke be- woordiging dank gebracht voor al hetgeen hij steeds in het belang van den Armenraad van de oprichting af heeft verricht. Als zijn opvolger werd met ingang van 1 Januari 1928 benoemd de heer Lindner. De commissie van onderhoudsplicht vergadert geregeld eiken derden Vrijdag der maand. De taak der commissie is alle zaken op onderhoudsplicht be trekking hebbende en die bij haar aanhangig worden gemaakt te behandelen om te trachten in den kortst mogelijken tijd in minnelijk overleg met de betrokkenen een schikking te treffen,

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1927 | | pagina 321