17
die
atsen,
j aai
de
Niet medegerekend wat door de vele kerkelijke- en andere
weldadigheidsinstellingen te dezer stede ten behoeve der armen
werd uitgegeven, werd door ons alleen reeds aan bedeelingen,
extra bedeelingen en bestedingskosten een bedrag van f 60777,67
uitgegeven. Dit is f 11422,80 meer dan het vorige jaar.
Vele ingezetenen hadden gedurende dit jaar evenals het vorig
jaar weder met werkloosheid te kampen, waarvan velen niet tegen
de nadeelige gevolgen van werkloosheid waren verzekerd, en
derhalve bij werkloosheid direct op de particuliere- en openbare
weldadigheid waren aangewezen. Vooral tijdens de vorstperiode
aan het einde van het jaar kwam tot uiting hoevelen niet tegen
werkloosheid waren verzekerd. Ruim honderd steunaanvragen
werden binnen twee weken gedaan.
Het Burgerlijk Armbestuur meende, dat de tijd was aangebroken
om de arbeiders op het groote nut der werkloosheidsverzekering
te wijzen en besloot in zijn vergadering van December de vol
gende circulaire onder de arbeiders te doen verspreiden
Aan alle arbeiders in de Gemeente Breda.
Evenals vroeger is ook thans weer gebleken, dat een groot
aantal arbeiders niet die maatregelen heeft genomen, die hen in
de eerste weken van -werkloosheid voor armlastigheid hadden kunnen
behoeden, doordat zij hebben nagelaten zich tegen Werkloosheid
te verzekeren. Het instituut der werkloosheidsverzekering toch in
ons land is reeds zoodanig ontwikkeld, dat niemand zich op be
hoorlijken grond aan de verplichting van verzekering kan ont
trekken.
Arbeiders, die zich door verzekering, bij eventueele onvrijwillige
werkloosheid, een recht op uitkeering verschaffen, worden dan
ook door het rijk en de Gemeente in die poging tot zelfhulp ge
steund door het verleenen van een subsidie van minstens 100 °/o
op de door hen zelf betaalde bijdragen.
Hoewel men dus zou mogen verwachten, dat deze overheidshulp
door de arbeiders op prijs zou worden gesteld, blijkt dat zeer velen
voor die hulp onverschillig blijven en blijkbaar van meening zijn
dat, indien zij werkloos worden het Burgerlijk Armbestuur wel zal
helpen, moet helpen misschien.
Wij achten het noodig er uitdrukkelijk op te wijzen, dat niemand
een recht op ondersteuning bij werkloosheid tegenover het Burgerlijk
Armbestuur kan doen gelden. De niet tegen de nadeelige ge
volgen van werkloosheid verzekerden verkeeren in een volslagen
toestand van rechteloosheid in dit opzicht en moeten daarom
genoegen nemen met elke ondersteuning die hun, in een toestand
van armlastigheid gekomen, door de particuliere of openbare lief
dadigheid wordt gegeven.
Gunstig steken bij dezen toestand af de omstandigheden van hen,