16 het gewenscht geacht werd naast deze leiding een 2e nieuwe leiding aan te brengen. Het Gemeente-Bestuur had daarna, in overleg met den Directeur der Gemeente Water- en Lichtbedrijven, advies gevraagd aan het Rijksbureau voor Drinkwatervoorziening welk bureau het in hoofdzaak eens was met het door boven- genoemden Directeur ingediende rapport en een nog meer uitvoerig rapport daarover op verzoek aanbood. In een der navolgende Raadsvergaderingen werd besloten tot den ombouw van het geheele pompstation; welk werk werd opgedragen aan het Rijksbureau voor Drinkwatervoor ziening te Den Haag onder leiding van den Directeur, den heer Krul. Het was gebleken bij een onderzoek van dat bureau, dat de verschillende hoofd- en secundaire voedingsleidingen in Breda, inwendig zoodanig door roest waren aangetast en inwendig met roestknobbels waren voorzien, dat het water een groot drukverlies op zijn weg van Dorst naar Breda en in Breda ondervond. Dit had tot gevolg, dat eerst met de plannen tot om bouwing van het pompstation kon worden overgegaan, nadat een grondig onderzoek moest worden ingesteld, wat de oor zaken waren van deze groote roestvorming. Het water, dat opgepompt wordt uit een laag pl.m. 15 a 20 M. onder het maaiveld is zacht water, dus met weinig kalk en magnesium, maar rijk aan ijzerverbindingen. Dit water werd belucht in een kleine gebrekkige ont- ijzeringsinrichting van onvoldoende capaciteit, waarna het door zandfilters werd gefiltreerd. De beluchting van het water geschiedde door het in dunne straaltjes te laten vallen op een bed met cokes. Bij deze luchting komt koolzuur vrij, het oplosbare ijzer verbindt zich met de zuurstof uit de lucht tot onoplosbare ijzerhydroxyde, hetwelk gedeeltelijk als een bruine massa in de cokeslagen bij de filtering achterblijft. De rest van de ijzerverbindingen wordt tegengehouden door de zandfilters, zoodat het fikraat meestal minder dan 0.1 m.g. F e per Liter bevatte. Het in het ruwe water aanwezige mangaan, werd door deze zuivering steeds praktisch geheel verwijderd.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1928 | | pagina 205