4
In het station Wilhelminapark werd de transformator vervangen
door een van grootere capaciteit.
In Juli kwam de uitbreiding tot stand van het aantal en van de
capaciteit der transformatoren in het station Oude Vest, welke
uitsluitend bestemd zijn voor stroomlevering aan de Kermis. Gedu
rende de Kermisweek werd echter geconstateerd dat de belasting
veroorzaakt door de kermisvermakelijkheden, aanmerkelijk lager
was dan in 1929.
Door vertraging in de afwerking der plannen, kon het station-
Houtmarkt niet tijdig in bedrijf gesteld worden.
Door dezelfde oorzaak waren de stations in de Lunetstraat en
de Iepstraat niet tijdig gereed. Om de stroomvoorziening van dit
stadsgedeelte te verzekeren is voor het eerste geval een der trans
formatoren-stations op 17 Augustus tijdelijk ingeschakeld terwijl
voor het tweede geval twee houten noodstations zijn gebouwd, welke
op 9 September in bedrijf zijn gesteld. Deze moeten tot Mei 1931
dienst blijven doen.
Het station op de Houtmarkt dat omgebouwd is tot dubbelstation,
werd op 26 Mei uitgeschakeld en na gereedkoming op 13 October
weder ingeschakeld.
De groote voedingskabel naar het station in de Koninginnestraat
werd op 13 April ingeschakeld.
Het nieuwe station gelegen nabij het eind der Balfortstraat werd
op 20 December in gebruik genomen.
Het net werd uitgebreid met 4 laagspanningsverdeelkasten, welke
geplaatst zijn in de Wilgstraat, Leurschestraat, Marksingel en
Godevaert-Montensstraat.
Het transformatorstation ondergebracht in het gebouw der Ver-
eeniging „Concordia" werd in Augustus met een uitgaande hoog
spanningskabel en met een transformator uitgebreid.
Door wijziging van het wegdek moest op den Terheijdenscheweg
de kabel worden omgelegd.
De electrische installatie in het Gemeentelijk abattoir kwam op
20 September in bedrijf; de hoofdopzichter van het G. E. B. was
hiervoor adviseur.
Op 18 Juni werd een aanvang gemaakt met de verbouwing van
de kantoren van het G. E. B., die einde December werden betrok
ken, en met den bouw van het schakelhuis op den Nijverheidssingel,
dat in den loop van Mei 1931 zal worden ingeschakeld.
Tweemaal, in het voor- en najaar, werden alle stations schoon
gemaakt en gecontroleerd. Overigens hadden de gewone inspec
ties der stations maandelijks plaats.
Van 27 transformatorstations, alsmede van de kolentransport-