B» Avondschool voor Ambachtslieden» jonge landbouwers, Januari 1931 te beginnen, werd eveneens gunstig beschikt; de lessen voor dezen laatsten cursus worden ge geven door een 3-tal leeraren der school. Werd in het vorig jaarverslag gesproken van een „hoopvolle verwachting" ten opzichte van de zoo noodige vermeerdering en verbetering van leslokalen, neergelegd in het ontworpen verbou wingsplan en toegelicht in het bijbehoorende rapport, tot op heden zijn wij te dien opzichte niets vooruitgegaan; van de begrooting 1931 moest op Departementalen wensch alles afgevoerd worden, wat met deze plannen in verband stond. Het is vanzelf sprekend dat zulks een zeer groote teleurstelling was, temeer waar de moeilijke toestand, waarvan in het vorige verslag melding werd gemaakt, zich steeds meer en ernstiger doet gevoelen. De toestand van eenige lokalen, vooral in den lagen achterbouw, bijzonder de vuurwerkerij, de houten loods, waarin 3 leslokalen zijn ondergebracht, het provisorisch inrichten van een oude woning voor 2 leslokalen, het verwarmingssysteem, het ontbreken van vol doende bergruimte, in het bijzonder voor afgewerkte stukken van schilders en timmerlieden, dat alles eischt dringend voorziening; verbetering worde niet uitgesteld. Niet alleen voor het onderwijs, maar ook voor leerlingen en leeraren is het van groot belang, dat spoedig die verbetering wordt verkregen, ook uit gezondheids-oogpunt. Moge voor 1932 worden toegestaan, hetgeen voor 1931 niet mogelijk is gebleken. Personeel. Aan deze inrichting van onderwijs waren op 31 December 1930 verbonden: B. Steggerda, Directeur. A. H. S. Wirtz, Adj.-Directeur en leeraar teekenen. Leeraren: J. J. Verburgt, L. A. van Dijk, A. J. A. Oomen en W. Peemen, lijn- en bouwkundig-teekenen; J. B. Resenk, electro- technisch teekenen; H. L. Trossel, meubelteekenen; A. A. Bakkeren, W. Bossink en C. J. J. G. Langenhuijsen, smids- en werktuigkundig teekenen; P. A. J. W. L. van Gils, W. P. Mulder en J. J. A. Jon- 11

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1930 | | pagina 384