een leeraar, het tijdelijk opdragen van meerdere lesuren aan leer aren, de herbenoeming van den concierge, de verdeeling der les uren in het nieuwe vijfde schooljaar, de aanbevelingen voor een leeraar in Engeisch en voor een leeraar in Nederlandsch en bespro ken verschillende ingekomen stukken en huishoudelijke zaken. B. Van de Leeraren. In de samenstelling van het onderwijzend personeel der school kwam dit jaar weer verandering. De Raad verleende den Heer v. d. Linden op 30 Juli op zijn verzoek eervol ontslag met ingang van 1 September als plaatsvervangend Directeur en als leeraar in Engeisch en Nederlandsch. Vanaf de oprichting der school in 1911 behartigde de Heer van der Linden met ijver en trouwe plichts betrachting de belangen van het onderwijs. Nooit was het hem te veel iets te doen om den naam der inrichting hoog te houden. On getwijfeld zullen de leerlingen zich zijn lessen in dankbaarheid blij ven herinneren. Moge hij vele jaren van zijn welverdiend pensioen genieten. Door de uitbreiding der school op 1 September met een vijfde leerjaar en door het vertrek van den Heer van der Linden, werden bij Raadsbesluit van 29 October de Heeren C. F. A. M. van der Togt tot leeraar in Nederlandsch en C. M. Daniels tot leeraar in Engeisch benoemd, beiden met ingang van 1 November. Van 4 September tot 1 November werden enkele lessen waargenomen door de leeraren P. A. de Groot en C. A. van Reyen. De Heer R. j. A. Zappey, leeraar in Engeisch, werd bij Raads besluit van 15 September definitief benoemd. De concierge, J. Segers, werd op 8 Augustus door Burgemeester en Wethouders herbenoemd voor den tijd van één jaar. Het onderwijzend perso neel, waarvan elf met middelbare bevoegdheid en drie met hoofd- acte, was op 31 December samengesteld zooals tabel II aangeeft. 2 Samenstelling van het personeel.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1930 | | pagina 394