AFDEELING II. BOUW- EN WONINGTOEZICHT. I. Wetten en Verordeningen. W oningwet. De Woningwet werd in het verslagjaar gewijzigd. Bij Koninklijk Besluit van 7 September 1931 (Staatsblad Nr. 393) werd de tekst der Woningwet, zooals deze laatstelijk is gewijzigd bij de wet van 9 Juli 1931 (Staatsblad Nr. 266) bekend gemaakt. Voor wat de uitvoering van de Woningwet betreft, wordt voor, zooveel noodig, verwezen naar het verslag, bedoeld in artikel 77 der Woningwet. Artikel 7d (vroeger 52) der Woningwet werd eenmaal toegepast en wel tot het herstellen van de rioleering en bestrating van een gemeenschappelijke open gang aan de Boschstraat. Kosten vloeiden hier niet uit voort, aangezien de betreffende eigenaren de gedane uitgaven hebben vergoed. Toepassing van artikel 8c, 2e lid der Woningnoodwet en artikel 210 der Gemeentewet vond niet plaats. Aan legesgelden voor uitgereikte vergunningen werd ontvangen een bedrag van f 6162,40 tegen f 5429,60 in 1930, over een geraamde totale bouwsom van f 2,603,753,tegen f 2,278,320,— in 1930.1) Bouwverordening. In verband met de in werking treding der nieuwe Woningwet, werd een voorstel gedaan ten aanzien van de voorschriften, regelende het beroep op den Gemeenteraad, als vereischt krachtens artikel XXXVIII der Wet van 9 Juli 1931 (Staatsbl. 266) Dit voorstel werd door den Gemeenteraad in zijne vergadering van 3 December 1931 goedgekeurd. Wegens overschrijding van den in evenvermeld artikel gestelden termijn zullen de regelen inzake beroep op den Gemeenteraad thans door Gedeputeerde Staten moeten worden vastgesteld. 1). In dit bedrag zijn niet verwerkt de kosten van gemeentelijke bouwwerken

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1931 | | pagina 110