BEREDENEERD VERSLAG van hetgeen met betrekking tot verbetering der volkshuisvesting in de gemeente Breda in het jaar 1931 is verricht. HOOFDSTUK I. Voorschriften betreffende aan woningen en andere gebouwen te stellen eischen 1. Voorschriften betreffende de eischen, waaraan moet worden voldaan a. bij het bouwen van woningen (art. 1, eerste lid, a, der Woningwet). b. bij het geheel of voor een gedeelte vernieuwen of veranderen of het uitbreiden van woningen (art. 1eerste lid, b, der Woningwet) C. bij het krachtens eenig zakelijk recht tot woning in gebruik nemen of als eigenaar of in eenige andere hoedanigheid tot woning in gebruik geven van een gebouw of een gedeelte van een gebouw, laatstelijk niet als woning gebezigd (art. 1, eerste lid, C, der Woningwet). d. met betrekking tot bestaande niet onder b begrepen woningen (art. 1, eerste lid, d, der Woningwet). De hier bedoelde voorschriften, welke zijn vervat in de Bouw verordening voor deze gemeente, vastgesteld bij raadsbesluit van 27 October 1922, gewijzigd bij raadsbesluit van 19 December 1927 en goedgekeurd door de Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant bij besluiten van 6 Juni 1923, G. no 88 en 18 Januari 1928, G. no. 122a (Gem. Blad no. 442), zijn gewijzigd bij raadsbesluit van 3 December 1931. De Gedeputeerde Staten voornoemd hebben hun beslissing nopens dit raadsbesluit bij hun besluit van 16 December 1931, G. no. 322, verdaagd. 2. Voorschriften nopens behoorlijke bewoning (art. 1, tweede lid, der Woningwet). Zie hiervoor onder 1.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1931 | | pagina 157