De commissie inzake onderhoudsplicht vergadert als regel den
3den Woensdag van iedere maand en bovendien wanneer de
omstandigheden een vergadering wenschelijk maken. In het ver
slagjaar vergaderde deze commissie 12 maal en wel op 22 Januari
18 Februari - 18 Maart - 22 April - 20 Mei - 25 Juni - 22 Juli
19 Augustus - 30 September - 21 October - 25 November en
16 December.
In deze commissie werden 55 aanhangig gemaakte gevallen
(vorig jaar 17) behandeld en werd doorgaans een minnelijke
schikking tot stand gebracht, waardoor vele aanvragers ten zeerste
waren gebaat, omreden de alimentatieplichtigen hun verplichtingen
nakwamen zoodat hierdoor een langdurige procedure werd voor
komen en de belanghebbenden derhalve veel vlugger het voor
hun levensonderhoud noodzakelijke langs dezen weg ontvingen.
Alle met alimentatieplichtigen overeengekomen bijdragen worden
bij den Secretaris van bovengenoemde Commissie betaald, welke
ze daarna uitbetaalt aan de aanvragers, welke daarvoor een bewijs
van ontvangst teekenen. De onderhoudsplichtigen ontvangen ook
bij hunne storting een bewijs door den secretaris onderteekend.
Alle hierop betrekking hebbende betalingen worden in een
daarvoor bestemd register geadministreerd, zoodat direct is te
zien of een alimentatieplichtige regelmatig betaalt en indien dit
niet het geval is, hoeveel hij met zijn betalingen ten achter is en
derhalve dient te worden aangeschreven.
In het afgeloopen jaar hadden plaats 2181 betalingen tot een
bedrag van f 3626,84 In het jaar 1930, 472 betalingen tot een
bedrag van f 894,34.
In die gevallen, waarin door de Commissie geen minnelijke
schikking kon worden tot stand gebracht door onwil van de ali
mentatieplichtigen werd met medewerking der aanvragers een
geding bij den Rechter aanhangig gemaakt en werd door de
Commissie steeds getracht een vrij spoedige uitspraak van de
Rechtbank te verkrijgen. Helaas duurt echter zulk een dergelijke
procedure nog steeds veel te lang en is het allerdringendst nood
zakelijk, dat dergelijke procedures in de toekomst beduidend worden
verkort. Aangezien de President van de Rechtbank te Arnhem,
in de zitting van 6 October 1930, zich in een dergelijke procedure
bevoegd verklaarde om van de zaak kennis te nemen en uitspraak
te doen in kort geding, hopen wij, dat dit meerdere malen zal
geschieden, waardoor de aanvragers in veel, vooral dringende
gevallen ten zeerste zullen gebaat zijn. Het laat zich echter niet
aanzien, dat deze hoop zal worden verwezenlijkt.
Commissie voor verstrekking van warm voedsel aan behoeftigen
in den winter 19311932.
Na een bespreking in de vergadering van den Armenraad ge
houden Maandag 12 October 1931 werd besloten eene commissie
in het leven te roepen, die zou trachten het plan te verwezenlijken