Wegens de vermeerderde werkzaamheden bij onze administratie werd Burgemeester en Wethouders voorgesteld alsnog een be diende bij onzen dienst te plaatsen. Burgemeester en Wethouders voldeden aan dit verzoek en benoemden tot tijdelijk bediende A. H. v. d. Hamer, die op 1 October 1931 in dienst trad. III. VERGADERINGEN. Als regel vergadert het bestuur eiken laatsten Donderdag van iedere maand. In het afgeloopen jaar werden 12 vergaderingen gehouden en wel op 29 Januari, 12 Maart, 26 Maart, 29 April, 28 Mei, 26 Juni, 30 Juli, 5 Augustus, 9 September, 24 September, 29 October en 26 November. Op de meeste vergaderingen was het bestuur voltallig aanwezig. De vergaderingen worden o.m. belegd teneinde de door behoef- tigen ten kantore van het Burgerlijk Armbestuur gedane verzoeken om onderstand enz. aan een onderzoek en bespreking te onder werpen en het bedrag en de soort van den onderstand vast te stellen. Alsmede wordt in de vergaderingen ter tafel gebracht de door voorzitter en rentmeester in spoedeischende gevallen verleende onderstand en wordt omtrent deze gevallen een defi nitief besluit door de vergadering genomen. Geen beslissingen worden genomen op verzoeken om onderstand, tenzij te voren uitvoerig naar de economische en andere omstandigheden der aanvragers is geinformeerd. Wegens beduidende toeneming van de aan vragen werd besloten voortaan tweemaal per maand te vergaderen en wel den 2en en 4en Donderdag van iedere maand. IV. VERZORGING DER ARMEN. a. Bedeeling in geld, brood en andere voe dingsmiddelen, brandstoffen, en kleederen, ligging en d e k k i n g s t u k k e n. In het afgeloopen jaar werd in geld f 47164,52, in brood en andere voedingsmiddelen f 4749,68, in brandstoffen f 1671,55 en in kleederen, ligging en dekkingstukken f 96,59 uitgereikt. Extra bedeelingen. Behalve de hiervoor vermelde gewone bedeelingen worden jaar lijks nog drie buitengewone bedeelingen gehouden en wel daags voor Paschen, daags voor Kerstmis en op den Tweeden Kerstdag.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1931 | | pagina 383