JAARVERSLAG van den Gemeentelijken Genees# kundigen en Gezondheidsdienst der gemeente Breda over het dienstjaar 1931, aan B. en W. door den Directeur aangeboden volgens artikel 12 zijner instructie (Gemeentebl. 1928 No. 427). Algemeene beschouwingen. Gedurende 1931 oefende de G. G. en G. D. regelmatig en ongestoord zijne werkzaamheid uit. In het personeel van den dienst en de huisvesting der ver schillende dienstverrichtingen kwamen slechts geringe wijzigingen doordat de aan de armlastige patiënten te verstrekken poliklinische hulp uitbreiding van personeel vorderde, werd hierin voorzien door een wijkverpleegster, die ongeveer drie werkuren per dag daarbij mede hulp verleent; de aan het eind van 1930 aangevangen nieuwbouw van observatiecellen ten behoeve van zielszieken en van een model-ingerichte behandelingskamer voor onvermogende patiënten, werden in Maart 1931 voleind. Beide acquisities zullen de bevordering der volksgezondheid te Breda ongetwijfeld ten goede komen. Voorloopige besprekingen over den nieuwbouw van een barak voor besmettelijke zieken hadden nog geen resultaat. Aan het eind van het jaar 1931 maakte het Bestuur van het St. Ignatius- ziekenhuis aan ondergeteekende kenbaar, dat het niet genegen was nieuwbouw en exploitatie daarvan voor eigen rekening en in eigen beheer te nemen. Het gevolg was, dat het Gemeente bestuur zelf middelen beraamde om in den toestand, welke ver betering vereischt, van gemeentewege voorzieningen te treffen. Besprekingen met den Heer Inspecteur der Volksgezondheid over het vormen van een Kring van gemeenten, waarbij Breda als centrumgemeente werd gedacht, leidden nog niet tot resultaat.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1931 | | pagina 408