7 een vuurwapen, 1 gestikt, 1 verbrand en 1 vergiftigd, terwijl 2 personen plotseling dood bleven. Terzake gepleegd misdrijf werden 172 voor den Commissaris van Politie geleid (141 in 1930), waarvan 137 na verhoor werden heengezonden; 18 voor den Officier van Justitie geleid; 16 op transport werden gesteld naar elders en 1 voor den Kinderrechter alhier werd geleid. Door den Commissaris van Politie werd tegen 18 personen een bevel tot inverzekeringstelling afgegeven. Op het Politieblad of op requisitoir van den Officier van Justitie of Ambtenaar van het Openbaar Ministerie bij het Kantongerecht werden 60 personen aangehouden (57 in 1930), waarvan i 1 voor den Officier van justitie en 35 voor den Ambtenaar van het O. M. werden geleid7 werden op transport gesteld naar elders, 3 werden overgebracht naar een Rijksopvoedingsgesticht, terwijl 4 personen na betaling der geldboete werden heengezonden. In totaal werden 52 vreemdelingen aangehouden (61 in 1930) waarvan 47 over de grenzen des Rijks zijn geleid en 5 zijn heengezonden. Onder de preventieve door de Politie genomen maatregelen behooren het overbrengen, behalve van de personen tegen wie proces-verbaal terzake openbare dronkenschap, dan wel terzake in staat van dronkenschap de orde verstoren of een rijwiel berijden, werd opgemaakt, van verschillende personen, die voor eigen of anderer veiligheid ter ontnuchtering aan Bureau of posthuizen in bewaring werden gesteld, benevens het verleenen van nachtverblijf aan 835 personen (769 in 1930), alsmede het verstrekken van reisgeld tot een totaal bedrag van f 126,21 (130,17 in 1930) aan doortrekkende personen, het verstrekken van voeding aan arrestanten, nachtverblijvers en doortrekkende armlastigen tot een totaal bedrag van f 214,46 (212,04 in 1930) in 1242 gevallen (1170 in 1930), en het aanhouden en onder het wettig over hen gesteld gezag terugbrengen van 35 minderjarigen (79 in 1930). Aan het Hoofdbureau van Politie werd in 1931 aangifte gedaan van 2401 voorwerpen (2399 in 1930), welke in deze Gemeente gevonden werden en die zooveel doenlijk aan de rechtmatige eige naars werden teruggegeven. Er kwamen 7472 stukken in (8273 in 1930), waaronder 1409 zgn. schikkingbriefjes (1463 in 1930), ingevolge artikel 74 Wetb. van Strafr., welke door de employé's moesten worden uitgereikt, terwijl daaronder ook begrepen zijn 419 extract-vonnissen (446 in 1930), welke ten uitvoer moesten worden gelegd of moesten worden aangezegd. In totaal werden 3353 brieven verzonden (3517 in 1930) Er werden behandeld 35 Voogdijraadrapporten en-staten (25 in 1930), terwijl 147 processen-verbaal van uitreiking van aanzeggingen ingevolge de Leerplichtwet (118 in 1930) en 15 processen-verbaal

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1931 | | pagina 427