44
Aan het verslag van de werkzaamheden der N.V. Volkshuis
vestingover het jaar 1931 ontleenen wij het volgende:
..In 1931 zijn tweemaal teekeningen en plannen ingediend voor
„een bebouwing van het z.g. „Kanon". Oorspronkelijk was het
„de bedoeling daarvan een overgangsstadium te maken van de
„woningen voor sociaal-achterlijken naar die voor beter-gesitu-
eerden. Dit stuitte bij de Gemeente op bezwaren, reden waarom
„het plan in dier voege werd gewijzigd, dat de te bouwen woningen
„bestemd zouden zijn voor ouden van dagen zónder kinderen. De
„beslissing van gemeentewege werd zóólang aangehouden, dat
„uitvoering onmogelijk werd.
„Twee noodwoningen, gelegen achter de Reinierstraat, werden
„afgebroken en het terrein geamoveerd.
„Het aantal verhuurde huizen, pakhuizen en stallingen was op
„31 December 1931 414, waarvan 402 werden gebouwd mèt
„Rijkssteun en 12 zonder dien steun.
„Aan huur werd ontvangen f 102.355,26' 2, terwijl nog te vor-
.deren is f 2529,77 '/s Oninvorderbaar is een bedrag van 1 287,40.
„Bij het gemeentebestuur is in voorbereiding een nieuwe huur-
regeling, waardoor de huren niet meer afhankelijk zullen worden
„van het gezinsinkomen der bewoners, tengevolge waarvan moei-
„lijkheden, welke zich thans voordoen, kunnen worden vermeden.
„De huizen in de duurdere prijsklasse zijn in verband met de
„economische toestanden en de heerschende werkloosheid zeer
„bezwaarlijk te verhuren, met als gevolg een vergrootte huurder-
„ving èn huurschuld Op 1 Januari 1932 stonden circa 250 aan
vragers ingeschreven voor een woning, voornamelijk van de
„goedkoopere soorten.
„Aan het electriciteitsnet werden aangesloten: de woningen
„aan de Wassenaarstraat en eenige panden van het blok-Haagpoort.
„Voor zuivering van ongedierte werd uitgegeven een bedrag
„van circa f 1100,
„De financieele toestand der N. V. is gunstig."
In het verslag over 1931 van de R. K. Bouwvereeniging
„St. Joseph"lezen wij
„Gedurende het verslagjaar waren alle woningen voortdurend
„verhuurd met dien verstande, dat het perceel Dijklaaft No. 22
„gedurende één week onverhuurd bleef, daar de gemeente Breda,
„aan welke dit perceel als zoogenaamde voorkeurswoning was
„aangeboden, daarvoor tenslotte geen huurder bleek te hebben
„op een oogenblik, dat verhuring voor den tijd van 2—9 Nov.
„1931 niet meer mogelijk was. Het huurverlies bedroeg hierdoor
,,f 5.60. De achterstallige huur van f 27.90 op 31 December 1931
„was op 4 Januari 1932 reeds ingehaald. Behalve de gemelde
,,f 5.60 is er geen huurverlies geleden.
