HOOFDSTUK I. Inrichting en toezicht. VERORDENING. REGLEMENTEN. In verband met de inwerkingtreding van de Arbeidsbemidde- lingswet 1930 op 1 Januari 1932, stelde de Raad in zijne verga dering van 3 October 1932 een nieuwe verordening voor den Dienst der W.V. en A.B. vast, welke door Gedeputeerde Staten bij hun besluit van 26 October 1932 werd goedgekeurd. Op 31 December 1932 stelden Burgemeester en Wethouders een huishoudelijk reglement voor de Commissie van Toezicht en een instructie voor den Directeur van den Dienst vast. SAMENSTELLING COMMISSIE VAN TOEZICHT. Op het einde van het verslagjaar was, ingevolge de nieuwe wet nog geen nieuwe Commissie benoemd en bestond deze nog uit de heeren J. J. VAN BUITENEN, Wethouder, Voorzitter. aftreding: A. A. J. M. LOONEN 1 Jan. 1933 J. A. MOL-MIES 1 Jan. 1933 A. VAN OOSTERHOUT t leden-werkgevers 1 Jan. 1935 H. VRIENS 1 Jan. 1935 A. C. VAN SUIJLEKOM 1 Jan. 1933 M. L. A. VAN TETERING j 1 Jan. 1935 t wp,,,,,,. leden-werknemers T J. M. MEIJVIS i 1 Jan. 1933 P. VAN DEN WIJNGAARD J 1 Jan. 1935 Aan deze Commissie is als secretaris toegevoegd de Directeur van den Dienst. Volgens de verordening op den Dienst worden de leden voor den tijd van 4 jaren benoemd, terwijl om de 2 jaren de helft volgens rooster aftreedt. De aftreding is hierboven vermeld. Tot leden der Commissie zijn benoembaar personen, die den leef tijd van 25 jaren hebben bereikt en binnen de gemeente woonplaats hebben. 2

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1932 | | pagina 468