26 b. Opheffing van onhygiënische en ontoelaatbare toestanden achter de woningen van den Haagdijk. c. Werkverruiming door het egaliseeren der terreinen, amovee- ring der gebouwen, aanleg van een straat en door nieuwbouw. d. Door verbreeding van het Achterom ontstaat verhooging der huurwaarde van 't complex perceelen der N.V. Volkshuis vesting, gebouwd met Rijksvoorschot in die straat gelegen. e. Door de verbinding van het centrum van Breda met het groote blok woningen der N.V. Volkshuisvesting, ontstaat huurwaarde vermeerdering der perceelen in dat gebouwen-complex. f. Eenige verbetering in de zeer gemakkelijke verbinding van het Volksbadhuis,, aan de Fellenoordstraat enz. enz. Slop V. Met 't amoveeren van de onbewoonbaarverklaarde woningen 155 tot en met 161 zal een meer hygiënische toestand ontstaan. Door het daarbij aankoopen van een perceel aan den Haagdijk gelegen zal een nieuwen weg kunnen worden aangelegd van den Haagdijk over het terrein genaamd 't Kanon naar de L. Gampel- straat en de aansluitende terreinen kunnen worden bebouwd. Daarvoor zouden 2 perceelen in de L. Gampelstraat moeten wor den afgebroken. Resumeerende neemt de commissie de vrijheid U te verzoeken dit schrijven in ernstige overweging te nemen, en het daarheen te willen leiden, dat met bovenbedoelde verbeteringen, vooral voor de sloppen 1 tot en met 4 zoo spoedig mogelijk worde aangevangen. De Commissie voornoemd: w.g. DE VOORZITTER, w.g. DE SECRETARIS. In opdracht van de commissie bezocht de Heer de Wolf op 20 Mei 1933 de jaarvergadering te Utrecht van het Ned. Instituut van Volkshuisvesting en Stedebouw. Een kort verslag van deze vergadering volgt hieronder. Na de gewone huishoudelijke vergadering werd door Ir. P. Bakker Schut een met lichtbeelden geïllustreerde causerie gehouden over de bevolkingsbeweging in Nederland en de toekomst onzer steden. Spreker behandelde twee vraagstukken, de numerieke veran dering, welke wordt bepaald door het aantal geboorten en sterfte- gevallen en de verplaatsing van de bevolking. Door graphieken werd aangetoond, dat het geboortecijfer sinds 1840 in ons land voortdurend is gedaald, n.l. van 36 op 22 per 1000, maar ook het sterftecijfer is gedaald van 25 tot 9 per 1000.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1933 | | pagina 188