AFDEELINGIIL HOOFDSTUK I. Toestand van het Armwezen. Het jaar 1933 was een jaar, dat aan de Instellingen van Weldadigheid veel zorg en moeilijkheden bracht. De maat schappelijke en economische toestand was gedurende dit verslagjaar zeer zorgvol. Doordat zeer vele ingezetenen met werkloosheid te kampen hadden, ondervonden vele handeldrijvende, zoowel de kleine als de groote zakendoenden, beslist zeer nadeelige gevolgen daarvan. Zeer dikwijls waren meerdere leden uit één gezin gelijktijdig werkloos, zoodat de behoefte aan ondersteuning doorgaans zeer groot was. Met recht kan men dan ook spreken van een crisis, zooals nog nooit te voren is beleefd. In verband met deze crisis zijn de aanvragen om steun bij de Instellingen van Weldadigheid zeer talrijk. De samenwerking tusschen de verschillende Instellingen, ten doel hebbende hulp te verleenen, is in het afgeloopen jaar aanmerkelijk grooter geworden, daar men voorheen uit eigen middelen de aanvragers direct ter wille kon zijn, terwijl nu, door de zwakkere kaspositie van vele Instellingen uit hoofde van niet-betaling van renten en vastgestelde aflossingen, de Instellingen gedwongen worden om nauwkeurig na te gaan, waar werkelijke behoefte bestaat en de hulp zoo doelmatig mogelijk te doen geschieden. Door deze grondige behandeling der ondersteuning zullen degenen, die voorheen parasiteerden op de giften en gaven der Instellingen, geleidelijkerwijze worden uitgeschakeld. In de Gemeente Breda zijn steunregelingen, zoowel voor niet- als voor verzekerde werkloozen. 20

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1933 | | pagina 390