21
AFDEELING II.
BOUW- EN WONINGTOEZICHT.
I. Wetten en Verordeningen.
Aan legesgelden voor uitgereikte bouwvergunningen werd ont
vangen 3.399.60 tegen 5.909.60 in 1933 over een geraamde
bouwsom van 1.302.510 tegen ƒ2.559.440 in 1933.
Aan legesgelden voor uitgereikte bewoonbaarverklaringen, ont-
heffinge van artikel 15, vergunningen voor het in gebruik nemen
van beerputten, voor het maken van overstorten aan beerputten,
voor het aanbrengen van lichtreclames, uithangborden en auto
maten, werd ontvangen 683.80.
Bij de herziening der legesverordening, welke in 1934 plaats
vond (gemeenteblad 574) werden de legeskosten voor bouwver
gunningen niet verhoogd daarentegen werden de leges, geheven
voor een vergunning als bedoeld in artikel 1 of 14 der Hinderwet,
verhoogd tot 5.
Op 1 Mei van het verslagjaar werd overgegaan tot het decimale
registratuurstelsel, hetwelk groote voordeelen oplevert, speciaal
ook voor het Bouwtoezicht.
Woningwet.
De in 1933 ter vaststelling ingezonden Bouwverordening werd
in het verslagjaar nog niet door den Raad behandeld.
In den loop van het verslagjaar werden nog een vijftal wijzi
gingsvoorstellen ingediend o.a. naar aanleiding van het verschij
nen van de Technische Grondslagen voor bouwvoorschriften der
Hoofdcommissie voor de Normalisatie in Nederland, in verband
met de opheffing der gezondheidscommissie, als gevolg van de in
bewerking zijnde nieuwe Algemeene Politieverordening en tenge
volge van besprekingen in de bouwcommissie.
Ingezonden werd een ontwerp garageverordening, welke in de
bouwcommissie werd behandeld, doch nog niet door den Raad
werd vastgesteld.
Bebouwingsvoorschriften.
Bij raadsbesluit van 24 Mei 1934 werden vastgesteld bebou
wingsvoorschriften voor een gedeelte van het bouwblok omgeven
door de Nieuwe Ginnekenstraat, de van Goorstraat, de Vier-
windenstraat en het van Coothplein (Bebouwingsverordening
Passage)
Alsvoren van 18 Juli 1934 voor de gronden gelegen bezuiden
de ringbaan tusschen de Mark en de Molenleij (Bebouwingsver
ordening Molenleij).