om wijziging te krijgen in een onhoudbaren toestand gedutende
de kermisweek. Enkele woonwagens zijn geparkeerd vlak voor
hetschoollokaal, maar wat erger is gebruiken den toegangsweg
naar de jongensschool, om de wasch te drogen, vuil te storten en
wat dies meet zij. Eerstens is tusschen de wagens geen toezicht
te houden op de schoolgaande jeugd, maar verder wordt in die
week het gebouw zeer verontreinigd door't vuil, dat de leerlingen
aan het schoeisel mee naar binnen brengen.
Voorzoover de Commissie bekend is, heeft het Gemeentebestuur
nog steeds niet ingegrepen, waar het betreft het brandgevaar
op sommige scholen. Onze commissie wil nog eens met klem
daarvoor de aandacht vragen van Uw Raad.
HOOFDSTUK IV.
Van de Commissie van Toezicht.
Niet minder dan zes mutaties had onze commissie te boeken
gedurende het jaar 1934, Onze gelederen verlieten n.l. mejuffrouw
J. van Hoogstraten, door vestiging buiten de gemeente, de heeren
P. Haaiman en F. van Huiten, doordat zij niet meer zich be
schikbaar stelden, en de heeren P. A. de Groot, A. L. M. C.
Smeulders en J. v. d. Zwaan, doordat de voorwaarden vervielen
van de categorie, waarvoor zij zitting hadden. De Raad der
Gemeente benoemde in deze vacatures respectievelijk mejuffrouw
M. Ente van Gils, mevrouw L. Jansen-t'Sas, de heeren M. Kievits,
W. H. Claes, A. M. van Gulick en B. de Klerk.
Herbenoemd werden de aftredende leden mevrouw J. Cerutti-
Lijdsman en de heer H, J. J. van Roermund.
In 1934 kwam de commissie op 8 vergaderingen bijeen.
Eenige gedachtenwisseling ontstond o.a. over:
Het Nijverheids-onderwijs. De moeilijke tijden en de groote
werkeloosheid in aanmerking genomen, mag het een verblijdend
verschijnsel heeten, dat de directeur der Ambachtsschool, bij diens
toespraak tijdens de Prijsuitdeeling, kon noemen een aantal van
60°/o der geslaagden, dat onmiddellijk geplaatst werd.
Voorts betreurt de commissie het, dat er nog niets bereikt is
inzake de aansluiting van het Lager bij het Middelbaar Onderwijs.
We ontvingen dit jaar weer de gebruikelijke verslagen van
enkele onderwijs-inrichtingen te dezer stede en ook sommige
zuster-vereenigingen van elders. Hieraan werd steeds de noodige
aandacht geschonken.
Verslag werd ook geregeld uitgebracht over lezingen, ver
gaderingen e d., waarvoor de commissie een uitnoodiging ontving
en die dan door een of meer leden werd bijgewoond.