de WelEerw. HeerenA. V. Geerts, A. Huijsmans, P. W. van Hooydonk, A. A. Wolters, A. J. Serrarens en J. Lips, Kapelaans te Breda. Door Ds. H. van Oyen, Predikant te Breda, wordt godsdienst onderwijs gegeven aan een groep leerlingen van P. G. J. G. F. M. de Keyser, administratieve beambte. C. M. Bekkers, concierge. A. J. P. Vermeulen, hulp-concierge-stoker. De tijdelijke functies van de Heeren W. van Gils en L. A. van Dijk, resp. als leeraar wiskunde en leeraar lijn-vakteekenen, werden als zoodanig wederom verlengd. De heer C. G. Verkooijen was in den loop van 1934 wederom eenige malen van dienst als tijdelijk leeraar, wegens ziekte van leeraren. Bij het godsdienstonderwijs werden, ingevolge Bisschoppelijk besluit, de WelEerw. Heeren J. de Munck en J. Ligthart vervangen, resp. door A. A. Wolters en Lips. Directeur en Leeraren vergaderden regelmatig voor het bespreken van onderwijs- en leerlingen-belangen, puntenlijsten, bevordering enz. Leerlingen. In den loop van 1934 werden 242 candidaat-leerlingen inge schreven. Aan het toelatingsexamen werd deelgenomen door 218 leerlingen4 werden hiervan vrijgesteld wegens genoten voor opleiding, terwijl 7 leerlingen van andere Ambachtsscholen hier plaatsing zochten en verkregen. Toegelaten werden in totaal 191 leerlingen. Afgewezen werden 40 candidaten, wegens plaatsgebrek of onvoldoend examen. 11 candi- daten trokken zich vóór of na het examen terug. Van de ingeschreven leerlingen hadden er 7 zich ook het vorig jaar opgegeven en aan het examen deelgenomen. Deze hadden nu voorkeur van plaatsing. In den loop van het jaar verlieten 55 leerlingen de school, zonder den drie-jarigen cursus te hebben voleind. De redenen van dit tusschentijdsch vertrek waren: Onvoldoende aanleg, belangstelling of vorderingen (20); verandering van woonplaats of school (6); verandering van beroepsrichting (4); huiselijke omstandigheden, ziekte of overlijden (10); zich begeven in loondienst (11); verwij dering wegens verzuim of gedrag (4). 3

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1934 | | pagina 245