10 VII. Overige werkzaamheden. Naast de Burgerlijke Armenverzorging, welke geheel aan onze administratie is opgedragen, waren onzen Dienst nog de volgende werkzaamheden opgedragen 1. het begraven van lijken van armlastigen. 2. reisgelden, voeding enz. aan doortrekkende behoeftigen. 3. het vaststellen der bijdragen enz. op aanvragen om zieken- huisverpleging enz. 4. de uitbetaling en administratie van de bijslagen op pensi oenen vanwege de Stichting, bedoeld bij de wet van den 26sten funi 1926 enz en de administratie en uitbetaling der steungelden voor het Commissariaat van Indische Zaken en anderen. 5. distributie van onvermengde margarine. 6. distributie van rundvleesch in blik. Achtereenvolgens geven wij hierna een kort overzicht van deze werkzaamheden. 1. Begrafeniskosten en lijkkisten. In het afgeloopen jaar werden door onze bemiddeling voor reke ning der Gemeente begraven 11 lijken, waarvan de kosten aan bidders, dragers en lijkwagens hebben bedragen 159.50, welke uitgaven nog vermeerderd werden door de benoodigde lijkkisten, welke rechtstreeks door de Gemeente zijn geleverd. De kosten hier van bedragen ƒ27.05, zoodat in het geheel 186.55 aan begrafenis kosten zijn uitgegeven. Na elke begrafenis worden ons de rekeningen van bidders en dragers ingediend en door onze administratie voorgeschoten. Een maal per jaar wordt door ons daarvan een declaratie opgemaakt, welke aan de heeren Burgemeester en Wethouders wordt ingezon den, om later het door onze administratie voorgeschoten bedrag van de gemeente terug te ontvangen. 2. Reisgelden en kosten van nachtverblijf en voeding aan doorreizende behoeftigen en anderen. Een voornaam deel dezer behoeftigen bestaat uit lieden, die wegens gebrek aan werk in hunne woonplaatsen trachten elders aan arbeid te komen, terwijl zich dit jaar ook weder verscheidene personen aanmeldden, die wegens de hier te lande heerschende werkloosheid eigener beweging naar het buitenland, voornamelijk België waren gegaan en vandaar zonder middelen teleurgesteld moesten terugkeeren.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1934 | | pagina 311