werd n.l. in het algemeen geen hooger percentage toegekend dan 200, terwijl voor enkele groepen het maximum percentage op 250 werd gesteld, t.w.voor de metaalbewerkers, houtbewerkers en tex tielarbeiders. Daarentegen werd voor 1934 aangekondigd, dat een subsidie van ten hoogste 225 zou gelden voor de kassen der landarbeiders (voor Breda van geen belang); ten hoogste 200 voor de kassen der houtbewerkers, metaalbewerkers, steenfabrieks arbeiders (voor Breda van geen belang) en textielarbeiders; ten hoogste 160 voor de kassen der bouwvakarbeiders, fabrieks arbeiders, kleermakers en transportarbeiders; ten hoogste 120 voor de kassen van opzichthoudend personeel, terwijl voor de overige kassen het subsidie ten hoogste 100 zou bedragen, waarbij echter in aanmerking moest worden genomen, dat in bij zondere gevallen verhooging van het percentage voor een of meer van die kassen of groepen van kassen werd voorbehouden, wan neer groote werkloosheid dat noodzakelijk mocht maken. Zooals ook in voorafgaande jaren is geschied, werd geen hooger subsidie gegeven, dan de toestand van de werkloozenkas noodig maakt. Ter vergelijking volgen hieronder de bedragen der uitkeeringen, getotaliseerd naar eenige bedrijfsgroepen; 1930 1931 1932 1933 1934 Bouwvakarb. 15154,50 29349,65 36133,70 40775,40 28608,51 Fabrieksarb. 9983,40 32318,20 33997,70 38821,45 17090,23 Houtbewerkers 2456,14 9826,53 12593,24 11499,77 10994,07 Metaalbewerkers 6813,68 30653,19 37394,16 27216,19 23130,61 Transportarb. 6267,25 15626,63 13627,49 12501,50 10250,50 Blijkens bijlage IX werd in 126 gevallen overgegaan tot terug storting in de werkloozenkas van onrechtmatig verstrekte uitkee- ring; in totaal werd teruggestort 688,86. Tot voldoening kan wor den vastgesteld, dat dit aantal 18 minder is dan in het vooraf gaande jaar. Blijkens de daling van het bedrag der teruggestorte uitkeeringen (in 1933 1119,— werd ook sneller voldaan aan de vorderingen tot terugstortingen door den Dienst aan de bestu ren der werkloozenkassen gericht. Inderdaad is de samenwerking met de besturen inniger en wordt veelvuldiger voorafgaand overleg gepleegd. Voor deze besprekingen is, behalve de openingsuren, speciaal aangewezen de Donderdagavond van half acht tot half negen. 178 waarschuwingen werden aan de besturen der werkloozen kassen verzonden, waardoor onjuiste of onrechtmatige uitkeering werd voorkomen. 17

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1934 | | pagina 395