32
Dientengevolge moesten verschillende mededeelingen achterwege
blijven, o.a. opgave van verstrekte onderstand in geld en natura
door de verschillende instellingen, bijzonderheden ontleend aan bij
den Raad ingekomen verslagen, enz.
Omtrent de uitvoering van het „opheffingsbesluit" en hetgeen
daarmede verband houdt, zal in een verslag over het tijdvak 1
}an.30 April 1936, het een en ander worden medegedeeld.
Het Bestuur v. d. Armenraad:
B. STEGGERDA, Voorzitter.
W. BRANDSEN, Secretaris.
BREDA, April 1936.