6
Andere besmettelijke dierziekten.
Varkenspest.
Verschijnselen dezer ziekte werd aangetroffen bij 241 varkens.
Mond- en klauwzeer.
Afgezien van de naziekten, werden geslacht 16 runderen en 1
graskalf, lijdende aan mond- en klauwzeer.
Laboratorium.
Bij 742 slachtdieren was een bacteriologisch onderzoek noodig,
en wel bij:
281 runderen, waarvan 5 maal met een positief resultaat.
21 graskalveren, waarvan 2 maal met een positief resultaat.
15 vette kalveren,
23 nuchtere kalveren,
52 paarden,
338 varkens, waarvan 4 maal met een positief resultaat.
In totaal dus 11 positieve resultaten.
Het meerendeel dezer nadere onderzoekingen was noodig bij
de noodslachtingen; vooral tengevolge van het mond- en klauw
zeer en van de varkenspest.
De positieve resultaten waren:
2 varkens, noodslachting, chron. pest: coccen.
1 varken, noodslachting, vlekziekte: vlekziekte bacillen.
1 varken, gewone slachting, vlekziekte: vlekziekte bacillen.
1 graskalf, noodslachting, sepsis-pyamie: coccen.
1 graskalf, noodslachting, sepsis-pyamie: coli.
1 rund, noodslachting, phlegmoon (hals): coli.
2 runderen, noodslachting, naziekte mond- en klauwzeer: coccen.
1 rund, noodslachting, endocarditis: coccen.
1 rund, noodslachting, perforatief peritonitis: diplococcen.
De koek- en braadproef werd 920 maal toegepast (d.w.z. ge
middeld ten minste 3 maal per dag) en wel als volgt:
286 runderen, waarbij 12 maal een afwijkende geur werd gecon
stateerd.
20 graskalveren.
13 vette kalveren, waarbij 1 maal een afwijkende geur werd ge
constateerd.
