art. 35 Vleeschkeuringswet 5, art. 35 Vleeschkeuringswet 5, art. 21 Verordening gebruik op slachth. 2, Winstuitkeering aan de Gemeente. Gedurende 1937 is de vleeschomzet nog verder gedaald dan in 1936, op het tijdstip dat de begrooting voor 1937 werd opge maakt, werd vermoed. De geraamde winstuitkeering 20.900,is toch vrijwel bereikt is nl. 20.632,88. De noodzaak voor bezuiniging is door het personeel van het slachthuis zeer sterk aangevoeld, en prijzenswaardig ten uitvoer gebracht. Toch zou er nog meer kunnen worden bezuinigd, in dien slagers en grossiers wilden samenwerken, eventueel ook met de slachthuisdirectie voor een betere slachtorganisatie. De Veemarkt. De aanvoer bedroeg: 1936 1937 runderen en kalveren 1618 528 varkens en biggen 2442 1885 paarden 224 138 Ook dit jaar loopt de markt terug. In 't najaar zou de marktdag veranderd worden van Maandag op Dinsdag, met een extra-reclame campagne. Vanwege het heer- schen van mond- en klauwzeer is de uitvoering van dezen maatre gel opgeschort. Het veemarktterrein is zeer gezocht voor gebeurtenissen op het gebied der veefokkerij; voor keuringen van paarden en van vee. Zoo zijn er ook dit jaar weer de hengstenkeuringen, de merrie keuring en de paardenschatting gehouden. Den lsten October zou er een groote fokveedag worden gehou den, deze is evenwel afgelast wegens 't heerschende mond- en klauwzeer. De directeur, J. J. MEIER.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1937 | | pagina 341