7
F. EXAMENS.
Van de leerlingen der 5de klasse slaagden rechtstreeks voor het
diploma Boekhouden „Mercurius" W. Bogmans; voor het diploma
Boekhouden van de Vereeniging van Leeraren W. Bogmans en F.
Vervaert; voor het diploma Nederl. Handelscorrespondentie „Mer
curius" Ca. Adank, J. Brooymans, Th. Louwers, C. Maas en P. Maas;
voor het diploma Ned. Handelscorrespondentie van de Vereeniging
van Leeraren Ca. Adank; voor het Middenstandsdiploma J. Wierckx.
Van de leerlingen der school behaalden het diploma Stenographic
„Groote" Ma. Borsten, Adr. Broeders en A. Mannie.
G. SCHOOLGELD.
Het schoolgeld werd geheven overeenkomstig de verordening, naar
het aantal gevolgde lesuren in verband met het gezinsinkomen.
H. SCHOOLBEZOEK, GEDRAG, VLIJT EN VORDERINGEN.
Met groote voldoening mag worden geconstateerd, dat op een zeer
spaarzame uitzondering na, de leerlingen hun best doen, zooveel
mogelijk op tijd te zijn. Velen hunner, wier werktijd op kantoor en
winkel pas om 6 uur eindigt, getroosten zich persoonlijke opofferin
gen, om tijdig op de les aanwezig te zijn. Ook het aantal ongeoor
loofde verzuimen was, dank zij de medewerking van de meeste
ouders, niet bijzonder groot. Voorts mag worden getuigd, dat, sinds
de voorzitter der Commissie van Toezicht bij het uitreiken der diplo
ma's, een daartoe strekkend verzoek had gedaan, de leerlingen zich
na 9 uur over het geheel spoedig naar huis begeven. Kortom: de
geest onder de leerlingen is uitstekend en bij onderscheiden gelegen
heden blijkt, dat zij beseffen, dat ook hun medewerking noodig is
voor den goeden gang van zaken. Wanneer een enkelen keer hieraan
iets haperde, dan had een welwillend-vermanend woord meestal tot
gevolg, dat rumoerigheid plaats maakte voor een rustige sfeer, die zoo
noodzakelijk is voor de gewenschte resultaten van het onderwijs. Het
onderwijzend personeel mag dan ook over het algemeen tevreden zijn
over gedrag en vlijt. En wat de vorderingen betreft: het valt op, dat
zoo weinig leerlingen der eerste klassen konden worden bevorderd.
Mogelijk is dat o.m. te wijten aan een onvoldoend ontwikkeld denk
en apperceptievermogen gedurende de lagere schooljaren.
I. SLOT.
In het afgeioopen jaar heeft het onderwijzend personeel opnieuw
getoond een hooge opvatting van zijn taak te bezitten. Daarvoor mag
het een woord van lof niet onthouden worden. Herinnerd mag voorts
zeker worden aan de welwillendheid van den heer W. J. A. Schlooz,