3
Samenstelling van de Commissie van Toezicht voor de
Districts-Arbeidsbeurs.
Deze Commissie bestaat uit de hierboven genoemde leden van de
Commissie van Toezicht voor den Dienst alsmede uit de heeren:
J. BASTI AAN SENPrincenhage (Beek), lid-werkgever
H. A. L. HAMILTON, Burgemeester van Etten-Leur.
Er zijn in deze Commissie 2 vacatures.
De Directeur van den Dienst bleef belast met de leiding der Dis-
tricts-arbeidsbeurs. Tevens bleef zijn aanwijzing tot secretaris der
Commissie van Toezicht voor de Districts-arbeidsbeurs gehandhaafd.
HOOFDSTUK II.
VERGADERINGEN, ALGEMEENE WERKZAAMHEDEN.
Vergaderingen.
De Commissie van Toezicht voor den Dienst hield één vergadering,
waarin het jaarverslag werd vastgesteld.
Behalve de wekelijksche toezending van gegevens betreffende de
werkloosheid, werden in de vergadering gegevens omtrent werkloos
heid, steunverleening en werkverschaffing verstrekt.
De directeur van den Dienst was tegenwoordig op de vergadering
van de Vereeniging van Nederlandsche Arbeidsbeurzen te Enschede,
de directeuren-vergadering vanwege den Rijksdienst en de vergade
ringen, waarvoor hij ambtshalve werd verzocht.
De Directeur is lid van de Commissie voor Steunverleening en lid
van de Commissie van Toezicht op den Dienst voor Cultureele Jeugd-
werkloozenzorg. De vergaderingen dier commissies woonde de direc
teur regelmatig bij.
Overleg en samenwerking met organisaties van werkgevers en
werknemers en met antlere lichamen inzake arbeidsbemiddeling.
Bemoeiingen tot verbetering van de werkzaamheden der Arbeidsbeurs.
De Commissie, bestaande uit werkgevers en werknemers uit het
bouwbedrijf, waarvan de directeur van den Dienst secretaris was en
welke o.m. tot taak had de bemiddeling van bouwvakarbeiders bij de
Bredasche werkgevers in het bouwbedrijf te bevorderen, is ongemerkt
ter ziele gegaan, omdat de medewerking door de betrokken werkgevers
niet ten volle kon worden toegezegd.
Tijdens de hoog-conjunctuur hebben de Bredasche werkgevers vele
bouwvakarbeiders, die niet te Breda woonden, aangenomen, omdat
aanbod van Bredasche arbeiders niet in voldoende mate aanwezig
was. Een groot aantal van deze niet-Bredanaars zijn thans nog bij
de Bredasche werkgevers in dienst, terwijl een deel wegens verminde
ring van werk in den loop der jaren is ontslagen.
