5 t geruimen tijd het scheepvaartverkeer belemmerd, zoodat geen ammo- niakwater verscheept kon worden, waardoor ca. 760.000 L. door spuiïng verloren zijn gegaan. Aan de gebouwen werd het normale onderhoudswerk verricht. Nadat de ovens nos. 3 en 4 in gebruik genomen waren, werd oven no. 5 buiten bedrijf gesteld. De ovens 1, 2, 3 en 4 waren in bedrijf en ondergingen het gewone onderhoud. Bij de evacuatie van de bevolking van de stad werd het bedrijf op 12 Mei stilgelegd. Op 14 Mei werd het bedrijf weder op gang gebracht en op 15 Mei waren de ovens weder op temperatuur. Generator I werd beschadigd tengevolge van het stilleggen van het bedrijf. De generator werd afdoende hersteld en verkeert nu weer in goeden staat. De beide koelers voor het generatorgas werden door nieuwe ver vangen. De transportbanen voor kolen en cokes werden grondig gerevi seerd; verschillende verbeteringen en vernieuwingen moesten worden aangebracht. De beide loopkatten werden in revisie genomen en er werden ver schillende onderdeelen vernieuwd. Exhauster No. I werd geheel gereviseerd. De gashouder van 10.000 M3. inhoud wordt zeer slecht. Herhaaldelijk moesten lekkages van de klok en de telescoop gedicht worden. In het geheele bedrijf moesten verduisteringsmaatregelen worden genomen. De in het vorig verslag uitgesproken verwachting, dat de gashouder in 1940 in bedrijf genomen zou kunnen worden, is helaas niet in vervulling gegaan. De plannen en bestekken voor de fundeering van den gashouder en voor het bij den gashouder te plaatsen ketelhuis en de verdere bij komende werken werden door den dienst van Openbare Werken ver zorgd, terwijl de uitvoering van deze werken onder directie van dezen dienst geschiedde. Bij de op het bouwterrein gemaakte proefboringen bleek de onder grond zoo slecht te zijn, dat een nader onderzoek en advies door het IJZERAARDE EN GRAFIET. Afgeleverde afgewerkte ijzeraarde over 1940: Grafiet werd in 1940 niet afgeleverd. 54.359 K.G. FABRIEKSINSTALLATIES EN GEBOUWEN. DE BOUW VAN DEN GASHOUDER.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1940 | | pagina 133