8
Hoewel de verduistering der stad het geregeld schoolbezoek ernstige
bezwaren in den weg legde, hebben de leerlingen zich hierdoor niet
laten afschrikken en volgden zij geregeld de lessen. Vele ouders waren
zoo verstandig, hun dochters van de school te komen halen. Het
gedrag der jongelui gaf in het algemeen alle reden tot tevredenheid.
Een woord van bijzonderen lof mag niet onthouden worden aan de
leerlingen, die ver in den omtrek woonachtig zijn. De winter was
ongewoon streng, maar juist de verst wonenden trotseerden koude
en sneeuw en waren steeds present. Vlijt en vorderingen waren, op
een enkele uitzondering na, bevredigend.
I. SLOT.
Het is de Commissie in de laatste jaren bij herhaling gebleken,
dat een Handelsdagschool voor Breda en omstreken in een groote
behoefte zou voorzien. Door het ontbreken van zulk een inrichting
zijn vele ouders genoodzaakt voor hun kinderen een onderwijsinrich
ting te kiezen, welke niet strookt met hun toekomstige loopbaan.
Tijd en geld worden op deze wijze verspild, terwijl een Handelsdag
school vele jongelui rechtstreeks naar het gekozen doel zou kunnen
voeren. Het is dan ook de overtuiging der Commissie, dat naast een
Handelsavondschool een Handelsdagschool in de gemeente Breda
levensvatbaarheid zou hebben. Daarom wil de Commissie gaarne de
aandacht der autoriteiten vestigen op deze ongewenschte lacune in
de rij van onderwijsgelegenheden, die Breda rijk is.
Ten slotte is het der Commissie een genoegen te kunnen getuigen,
dat het docentencorps in het afgeloopen jaar wederom en ondanks
de ongunstige omstandigheden, met veel toewijding en plichtsbetrach
ting zijn taak heeft vervuld. Dat de school zich daardoor in een
grooten bloei mag verheugen werd door den Voorzitter op 11 Juli in
„Concordia" al naar voren gebracht, de Commissie in haar geheel
wil deze waardeerende woorden op deze plaats gaarne onderstrepen.
Voorts wil de Commissie de heeren-gecommitteerden bij de eind
examens hartelijk danken voor hun assistentie. Het waren de heeren
H. E. Möller, Chef-Procuratiehouder der Holl. Kunstzijde-Industrie
N.V. en leeraar Boekhouden M.O.; C. Overing, Adjunct-Directeur der
Kwatta-Chocolade- en Cacao-fabrieken en speciaal belast met de
boekhouding dier bedrijven; Ir. W. M. J. Poelman, Leider Lifttechniek
der N.V. Machinefabrieken „Breda"; A. van Arendonk, leider van een
MiddenstandsbedrijfP. J. Willers, Chef N.V. R. S. Stokvis Zn. en
J. J. A. van Werkhooven, lid der Commissie van toezicht en advies
op de Gem. Middelbare H.A.S.
Aldus vastgesteld in de vergadering der Commissie van 10 Mei 1941.
De Commissie voornoemd:
Mr. E. VAN MIERLO, Voorzitter.
L. N. J. FENS, Secretaris.